Zelfbepaling - les 3

Zelfbepaling
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
WelzijnMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Zelfbepaling

Slide 1 - Diapositive

Wissel kort met elkaar uit:

1. Wat heb je vandaag zelf bepaald?
2. Wat vond het het fijnste wat je zelf kon bepalen in het weekend?
3. Wat vond een cliënt fijn afgelopen week om zelf te bepalen?
4. En wat wilde een cliënt zelf bepalen, maar kon/mocht niet. Hoe reageerde hij/zij?

Slide 2 - Carte mentale

Slide 3 - Vidéo

Zelfdeterminatietheorie
Volgens de zelfdeterminatietheorie (ZDT) wordt er onderscheid gemaakt tussen verschillende vormen van motivatie.
A-motivatie: Je bent niet gemotiveerd en gaat iets echt niet doen.
Extrinsieke motivatie: Je voert veranderingen door omdat iemand anders vindt dat dit moet.
Intrinsieke motivatie: Je doet iets omdat je dat zelf wilt, bijvoorbeeld uit een intern verlangen om een specifieke taak uit te voeren of een specifieke maatstaf voor succes of beloning te bereiken

Slide 4 - Diapositive

Zelfbepaling (zelfdeterminatie) 

Slide 5 - Diapositive

Begrippen
Autonomie: het gevoel eigen beslissingen te kunnen nemen
Psychisch vrij te kunnen handelen.
Verbondenheid: het verlangen relaties op te bouwen, zelf voor anderen te zorgen en/of verzorgd worden door anderen.
Competentie: het vermogen om een taak met de juiste kennis en vaardigheden te verrichten.

Slide 6 - Diapositive

Deci&Ryan
Zelfdeterminatietheorie

Slide 7 - Diapositive

Mijn cliënten kunnen zelfbepalen wat ze willen
Ik leg cliënten een keuze voor
mijn clienten kunnen niet zelf kiezen

Slide 8 - Sondage

Hulp vragen

Vraag jij weleens hulp als je iets zelf niet kan of weet?
Wissel met elkaar uit: 
- In welke omgeving/situatie vraag je snel(ler) hulp?
- In welke omgeving/situatie vraag je liever geen hulp?

Slide 9 - Diapositive

Lesopdracht
Hoe stimuleer je jouw cliënt(en) ?
A-motivatie: hoe stimuleer je jouw cliënt(en) om iets te doen die weinig/geen motivatie heeft/hebben?
Extrinsieke motivatie: hoe stimuleer je de extrinsieke motivatie van jouw cliënt(en)?
Intrinsieke motivatie: hoe stimuleer je de intrinsieke motivatie van jouw cliënt(en)?

Slide 10 - Diapositive