Paragraaf 6.5 Inkomsten van de overheid

H6 Werken voor de overheid
6.5: Inkomsten van de overheid
Ik heb klaar liggen: 
  • rekenmachine,
  • pen,
  • papier.
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

H6 Werken voor de overheid
6.5: Inkomsten van de overheid
Ik heb klaar liggen: 
  • rekenmachine,
  • pen,
  • papier.

Slide 1 - Diapositive

Aan het einde van de les: 
  • Kan uitleggen welke inkomsten de overheid heeft.
  • Kan ik uitleggen wat accijns is.
  • Kan ik voorbeelden noemen van (niet-)belastinginkomsten.
  • Kan ik de BTW uitrekenen.

Slide 2 - Diapositive

Inkomsten overheid
  • Belastinginkomsten (direct/indirect)
  • Niet-belastinginkomsten(studieschuld/boetes)
  • Premies

Slide 3 - Diapositive

Belastingen
Belasting = verplichte bijdrage die bedrijven en burgers aan de overheid betalen

Slide 4 - Diapositive

Soorten belasting
  • Inkomstenbelasting (directe belasting)
  • Belasting over de winst  
    (=vennootschapsbelasting)
  • BTW (indirecte belasting)
  • Accijns
Deze begrippen moet je weten + voorbeelden kunnen noemen

Slide 5 - Diapositive

BTW= Belasting toegevoegde waarde 



Btw is een indirecte belasting (bedrijven ontvangen de btw van de consument en de bedrijven betalen het btw-bedrag aan de belastingdienst)



Er zijn drie btw-tarieven:
21% (luxe goederen),
9% (noodzakelijke levensbehoeften, diensten),
of 0% (onderwijs, gezondheid)

Slide 6 - Diapositive

Accijns
Accijns is een belasting op bepaalde producten met als doel de prijs te verhogen. Hierdoor wordt het gebruik verminderd. 

  • Alcohol
  • Benzine
  • Tabak

Slide 7 - Diapositive

Niet-belasting ontvangsten
  • Aardgasinkomsten
  • Winst uit overheidsbedrijven
  • Boetes
  • Studieschuld

Slide 8 - Diapositive

Subsidies
Subsidie = financiële bijdrage van de overheid om mensen en bedrijven te stimuleren
  • Sporten
  • Museumbezoek
  • Milieuvriendelijker produceren

Slide 9 - Diapositive

Subsidie en accijns
  • Wil je iets stimuleren? -> subsidie
  • Wil je iets afleren? -> accijns 


Slide 10 - Diapositive

Op zonnepanelen
A
accijns
B
subsidie

Slide 11 - Quiz

Op tabak zit
A
accijns
B
subsidie

Slide 12 - Quiz

BTW uitrekenen

Slide 13 - Diapositive

Consumentenprijs
De consumentenprijs is de prijs die jij betaalt voor een product in de winkel.

verkoopprijs + btw = consumentenprijs
         100%       + 21% =             121%

-> Let op!!! De consumentenprijs is altijd meer dan 100%!!!

Slide 14 - Diapositive

  • btw
BTW
  • verkoopprijs
Consumentenprijs
verkoopprijs kano € 180
btw kano 0,21 x 180 = € 37,80
Consumentenprijs = 180 + 37,80 = € 217,80
VB

Slide 15 - Diapositive

Consumentenprijs

                 Bij 21% btw: 


                 
                   Bij 9% btw: 
Verkoopprijs
100%
€18,-
BTW
21%
€3,78
Consumentenprijs
121%
€21,78
Verkoopprijs
100%
€12,50
BTW
9%
€1,13
Consumentenprijs
109%
€13,63

Slide 16 - Diapositive

Rekenen met BTW - overzicht
Verkoopprijs
  • 100%
Btw
  • 6% 
Consumentenprijs
  • 106% 
  • 100%
  • 21% 
  • 121% 
  • Je koopt een broek met een verkoopprijs van € 45. 
  • Het btw tarief is 21%
  1. Bereken de btw
  2. Bereken de consumentenprijs

Slide 17 - Diapositive

Consumentenprijs berekenen:
De verkoopprijs van een t-shirt is: € 16,50.
De btw is 21%.

Bereken de consumentenprijs
Consumentenprijs = verkoopprijs + btw

Slide 18 - Question ouverte

Wat is GEEN soort belasting?
A
BTW
B
Loonbelasting
C
Subsidie
D
Accijns

Slide 19 - Quiz

Wat betekent de afkorting BTW?
=leervraag
A
Belasting Totale Waarde
B
Belasting Toegevoegde Waarde
C
Bruto Totale Waarde
D
Bruto Toegevoegde Waarde

Slide 20 - Quiz

Op welk product wordt GEEN accijns geheven?
A
Tabak
B
Museumbezoek
C
Alcohol
D
Benzine

Slide 21 - Quiz

Aan de slag
Opdrachten. 
Kader-Mavo: 1 t/m 10.    Blz.  56 t/m 59
Mavo-Havo: 1 t/m 4, 6, 7, 9 en 11.      Blz. 56 t/m 59

Slide 22 - Diapositive