Sondevoeding

Pegsonde/neusmaagsonde Sondevoeding
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Pegsonde/neusmaagsonde Sondevoeding

Slide 1 - Diapositive

Aandachtspunten 
  • Neem de tijd bij toediening sondevoeding via een spuit
  • Niet meer dan 500 ml per bolus
  • Altijd de sonde doorspoelen met 20-30 ml lauw water
  • Vervang het toedieningssysteem iedere 24 uur
  • Medicatietoediening via sonde

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

wat is een pegsonde

Slide 4 - Carte mentale

Slide 5 - Vidéo

Slide 6 - Diapositive

wat is een mic-key button?

Slide 7 - Question ouverte

Slide 8 - Vidéo

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Wat is sondevoeding?

  • vloeibare voeding die per sonde direct in maag, duodenum of jejunum wordt toegediend
  • bevat alle voedingsstoffen 
  • bevat vitamines, mineralen en sporenelementen


Slide 14 - Diapositive

wanneer krijgt iemand sondevoeding

Slide 15 - Carte mentale

Indicaties sondevoeding
  • chronische darmaandoening
  • slikproblemen
  • neurologische aandoening
  • coma
  • zorgvrager die weigert te eten
  • verminderde eetlust door bv ziekte

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Soorten sondevoeding
Polymere voeding:
  • wordt gegeven bij een goed functionerend maag-darmstelsel 
  • Eiwitten, vetten, koolhydraten

Oligomere en monomere voeding:
  • bestaat uit voorverteerde eiwitten, vetten, koolhydraten

Slide 18 - Diapositive

kant-en-klare sondevoeding
sondevoeding in poedervorm

Slide 19 - Diapositive

Waar let je op voor
je de SV toedient?

Slide 20 - Carte mentale

Aandachtspunten
  • juiste patiënt
  • juiste sondevoeding
  • controleer de houdbaarheidsdatum
  • na openen datum/tijd noteren
  • let op : zakken 24 uur houdbaar
  • Let op : glazen flessen max. 8 uur

Slide 21 - Diapositive

Toediening via voedingspomp
Toediening via spuit (bolus)

Slide 22 - Diapositive

noem 2 complicaties van sondevoeding

Slide 23 - Question ouverte

Complicaties
  • verstopping sonde
  • misselijkheid en braken
  • aspiratie
  • gestoord defeacatiepatroon
  • ontstekingen in de mond

Slide 24 - Diapositive

Psycho-sociale aspecten
  • niet gezellig om te eten met een sonde
  • sonde trekt de aandacht van anderen
Let daar op!

Slide 25 - Diapositive

Aan de slag. 
Een patiënt mag weg uit het ziekenhuis. De nacht dat hij thuis komt, moet er nog 1 liter
sondevoeding toegediend worden. Jij bent als wijkverpleegkundige verantwoordelijk voor de
juiste toediening. In de avond, om 20.00 uur, ga je naar de patiënt toe om de sondevoeding
aan te koppelen. De ochtend erna om 08.00 uur koppel je deze weer af.

  1. Breng de neus/maagsonde in.  
  2. Op hoeveel milliliter stel je de pomp in?
2. Diezelfde dag blijkt dat je 20.00 uur niet gaat halen. Hierdoor kom je een uur later bij meneer aan. Op welke snelheid zet je de pomp dan?






Slide 26 - Diapositive