CITO, Blits & Rekenen | 23 mei

Goedemorgen groep 5/6!


Voor de CITO toets

staan de tafeltjes alvast

op de juiste plek!







Zoek je eigen plek, dan kunnen

we snel beginnen!

1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
TaalBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 28 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Goedemorgen groep 5/6!


Voor de CITO toets

staan de tafeltjes alvast

op de juiste plek!







Zoek je eigen plek, dan kunnen

we snel beginnen!

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

CITO - spelling deel 2
potlood of pen
Leesboek of tekening
Indien je klaar bent met de CITO
timer
1:00

Slide 3 - Diapositive

Blits
timer
2:00
Tekstboek blz 35
Werkboek blz 21

Slide 4 - Diapositive

Uitleg
1. Opdrachten doornemen
2. Zelfstandig aan de slag
3. Na 5 minuten in 2-tallen

Klassikaal nakijken! 

Slide 5 - Diapositive

Opdrachten
Jaap is een vrolijke jonge gorilla.
Hij woont in een dierentuin in Nederland. 
Maar daar is hij niet geboren. 
Jaap is geboren in Afrika.
In de dichte oerwouden van Congo. In de dierentuin heeft hij veel vriendjes. Daarmee kan hij de hele dag spelen. 
Bron 1:
e
Hoofdonderwerp
Juiste volgorde

Slide 6 - Diapositive

Opdrachten

Slide 7 - Diapositive

Opdrachten
In de dierentuin Dierenland werken een heleboel dierenverzorgers. 
Op maandag werken er 7 mannen en 5 vrouwen. Dinsdag gaan er 5 vrouwen en evenveel mannen aan de slag.
Op woensdag werken er maar 3 vrouwen en 6 mannen. Terwijl er op donderdag 5 vrouwen werken en maar 2 mannen. Op vrijdag en zaterdag is het altijd erg druk. Deze dagen werken er 7 vrouwen en evenveel mannen. 
Bron 3:
Werkschema
maandag: 7 man & 6 vrouwen
dinsdag: 
woensdag: 
donderdag:
vrijdag:
zaterdag: 

Slide 8 - Diapositive

Opdrachten
Waar kun je het beste zoeken?
Zoek in het woordenboek bij de juiste letter!
TIP!
A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z 

Slide 9 - Diapositive

Opdrachten
Opdracht 5
Welk woord hoort er niet bij?
maandag: 7 man & 6 vrouwen
dinsdag: 
woensdag: 
donderdag:
vrijdag:
zaterdag: 
blij - bang - jarig - verdrietig

lang - kort - dun - oud 

vlug - goed - snel - vlot

lelijk - mooi - prachtig - hard 

zoet - lekker - zout - zuur 

glad - zacht - boos - ruw

Slide 10 - Diapositive

Wat gaan we doen?
Klaar? Stillezen
Klassikaal nakijken
timer
12:00
Zelfstandig opdracht 1, 2, 3, 4, 5

Slide 11 - Diapositive

Opdrachten
Jaap is een vrolijke jonge gorilla.
Hij woont in een dierentuin in Nederland. 
Maar daar is hij niet geboren. 
Jaap is geboren in Afrika.
In de dichte oerwouden van Congo. In de dierentuin heeft hij veel vriendjes. Daarmee kan hij de hele dag spelen. 
Bron 1:
e
Wat is het hoofdonderwerp?
Jaap, de gorilla
In welke volgorde?
Waar gaat de tekst over?
Jaap, een jonge gorilla

Slide 12 - Diapositive

Opdrachten
Welke kleur heeft de dierentuin op de kaart?
donkergroen
En wat ligt er ten westen?
bos (en heuvels)
Wat zou de kronkelende lijn zijn?
rivier
Wat ligt er ten zuiden van de dierentuin?
gras (en strand)

Slide 13 - Diapositive

Opdrachten
In de dierentuin Dierenland werken een heleboel dierenverzorgers. 
Op maandag werken er 7 mannen en 5 vrouwen. Dinsdag gaan er 5 vrouwen en evenveel mannen aan de slag.
Op woensdag werken er maar 3 vrouwen en 6 mannen. Terwijl er op donderdag 5 vrouwen werken en maar 2 mannen. Op vrijdag en zaterdag is het altijd erg druk. Deze dagen werken er 7 vrouwen en evenveel mannen. 
Bron 3:
Werkschema
maandag: 7 man & 6 vrouwen
Dinsdag
dinsdag: 5 man & 5 vrouwen
Woensdag
woensdag:  6 man & 3 vrouwen
Donderdag
Donderdag:  2 man & 5 vrouwen
Vrijdag
Vrijdag:  7 man & 7 vrouwen
Zaterdag
Zaterdag:  7 man & 7 vrouwen

Slide 14 - Diapositive

Opdrachten
Waar kun je het beste zoeken?
Zoek in het woordenboek bij de juiste letter!
TIP!
A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z 
- Kaviaar:
- Truffel:

Slide 15 - Diapositive

Opdrachten
Opdracht 5
Welk woord hoort er niet bij?
maandag: 7 man & 6 vrouwen
dinsdag: 
woensdag: 
donderdag:
vrijdag:
zaterdag: 
blij - bang - jarig - verdrietig

lang - kort - dun - oud 

vlug - goed - snel - vlot

lelijk - mooi - prachtig - hard 

zoet - lekker - zout - zuur 

glad - zacht - boos - ruw

Slide 16 - Diapositive

Rekenen
timer
1:00
Rekenboek blz. 65

Slide 17 - Diapositive

Uitleg

Slide 18 - Diapositive

Opdracht
Hoeveel schelpen hebben ze samen?

Slide 19 - Diapositive

Opdracht
Hoeveel vissen krijgt elk? 
Hoeveel blijven er over? 

Slide 20 - Diapositive

Opdracht

Slide 21 - Diapositive

Opdracht
De kinderen van de Texelhoeve zijn een dagje op het strand.

a) Wouter, Jan en Peter verdelen 28 schelpen.
Hoeveel schelpen krijgt ieder? 

Slide 22 - Diapositive

Opdracht
b) Femke trakteert haar vriendinnen Ellen & Sanne op een ijsje van 75 cent. Ze neemt er zelf natuurlijk ook een. 

Ze heeft €2,50. Heeft ze genoeg geld? 

Slide 23 - Diapositive

Opdracht
c) Nu is het eb. Bij vloed komt het water tot 457 cm.
Hoeveel centimeter verschil is dat? 


Slide 24 - Diapositive

Opdracht
d) Hassan vindt 110 schelpen. Dries vindt er 95 en Joop 75.
Hoeveel schelpen hebben ze samen? 


Slide 25 - Diapositive

Opdracht
e) Tussen strandpaal 7 en 8 lopen 162 strandlopers. 
Tussen paal 8 en 9 lopen er 527. 

Hoeveel strandlopers zijn er samen?

Slide 26 - Diapositive

Opdracht
e) Tussen strandpaal 7 en 8 lopen 162 strandlopers. 
Tussen paal 8 en 9 lopen er 527. 

Hoeveel strandlopers zijn er samen?

Slide 27 - Diapositive

Wat gaan we doen?

Slide 28 - Diapositive