4.1 Een stroomkring maken

H4 Elektriciteit
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

H4 Elektriciteit

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?
Uitleg 4.1 en werken met de opdrachten over stroomkringen 

Slide 2 - Diapositive

Een gesloten stroomkring bestaat uit 3 onderdelen.
Welke zijn dat?

Slide 3 - Carte mentale

Slide 4 - Diapositive

Hoe kan het dat de vaatwasser 'aan' gaat als ik op START druk?

Waarom gaat de lamp op mijn fiets branden als de dynamo draait?

Hoe gaat een lamp banden?

Slide 5 - Diapositive

Bij een open stroomkring werken apparaten
A
Wel
B
Niet

Slide 6 - Quiz

Een gesloten stroomkring 

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Slide 9 - Diapositive

Een gesloten stroomkring bestaat uit 3 onderdelen.
Welke zijn dat?

Slide 10 - Carte mentale

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Een open stroomkring
A
Laat elektronen rond stromen
B
Laat elektronen niet rond stromen

Slide 17 - Quiz

Een gesloten stroomkring bevat.....
A
Geen schakelaars
B
Geen isolatoren
C
Geen geleiders
D
Geen elektronen

Slide 18 - Quiz

Twee manieren om de stroomsterkte te meten.
De stroomsterkte is op elke plaats in de stroomkring even groot (zie figuur ). Het maakt dan ook niet uit waar je de stroommeter in de stroomkring opneemt: links of rechts van het lampje. Je schakelt de stroommeter wel altijd in serie met het lampje.

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Vul het ontbrekende woord in:
Een ......... is een bron die elektrische energie levert!!!
A
voltmeter
B
spanningsbron
C
amperemeter

Slide 21 - Quiz

spanning
volt
ampere
stoomsterkte 

Slide 22 - Diapositive

Stroomsterkte
Meten we in Ampere (A)
Milliampere (mA)

A   -->    mA
x 1000

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Vul in.
0,375 A =……………. mA

Slide 25 - Question ouverte

Vul in.
56 mA =………….. A

Slide 26 - Question ouverte

Naomi heeft een stroommeter met drie meetbereiken:
0-50 mA, 0-500 mA en 0-5 A. De stroomsterkte die ze wil meten, ligt tussen 350 en 1250 mA.
Welk meetbereik kan ze daarvoor het beste gebruiken?
A
0-5mA
B
0-500mA
C
0-5A

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Waarom brandt het lampje niet?

Slide 30 - Question ouverte

Opdrachten maken

Maken paragraaf 4.1 (opgave 1 t/m 13)

Slide 31 - Diapositive