2.2 Waar heb je recht op?

1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 44 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Startklaar?
Je legt het volgende op tafel:
  • Rekenmachine 
  • JDW-map 
  • Boek 
  • Pen/potlood
  • Laptop
Startklaar:

  • Bereken de standaardhoeveelheid:
    250 gram Mayonaise kost €2,75
    100 gram Mayonaise kost €....

Slide 2 - Diapositive

Gedragsverwachtingen
1. Telefoons in de zakkie
2. Rustig praten
3. Elkaar laten uitpraten
4. We lachen elkaar niet uit

Slide 3 - Diapositive

Leerdoelen
  1. Je kunt uitleggen waarom er consumentenrecht is.
  2. Je kunt alle wetten uit dit paragraaf uitleggen.
  3. Je kunt uitleggen wat consumer power is.

Slide 4 - Diapositive

Keurmerk?

Slide 5 - Carte mentale

Slide 6 - Vidéo

Instructie 
Lees: de blauwe tekstkopjes (blz. 44-47)
Tijd: 10 min


Hoe: zelfstandig
Klaar: schrijf de begrippen in JDW-map


timer
10:00

Slide 7 - Diapositive

wat s het consumentenrecht?
A
wetten en regels die jou moeten beschermen als consument
B
wetten er regels die de fabrikant moeten beschermen
C
wetten en regels die de overheid helpt

Slide 8 - Quiz

wat wordt er bedoeld met ' je hebt recht op een deugdelijk product?'
A
een product mag niet te duur zijn
B
een product moet bij normaal gebruik een bepaalde tijd meegaan
C
een product moet verzekerd zijn

Slide 9 - Quiz

welke wet beschermt je tegen gevaarlijke producten of onveilig eten
A
warenwet
B
wet productaansprakelijkheid

Slide 10 - Quiz

de wet product aansprakelijkheid houdt in dat:
A
de fabrikant alleen het product vergoed
B
de fabrikant alleen de schade vergoed
C
de fabrikant zowel en product als de ontstane extra schade vergoed

Slide 11 - Quiz

je koopt iets via het internet, welke wet gaat over bedenktijd?
A
de wet koop op afstand
B
de colportagewet
C
de warenwet

Slide 12 - Quiz

de colportagewet geldt als:
A
je voor minimaal 45 euro aan producten hebt gekocht
B
je voor minimaal 50 euro aan producten hebt gekocht

Slide 13 - Quiz

je koopt iets aan de deur, welke wet geldt nu?
A
waren wet
B
bedenktijd
C
colportagewet

Slide 14 - Quiz

waarop controleert de NVWA?
A
of een bedrijf wel eerlijk is
B
of een bedrijf eerlijk is en of het ook veilige producten en voedsel verkoopt
C
of voedsel en producten veilig zijn

Slide 15 - Quiz

waarop controleert de ACM?
A
of een bedrijf wel eerlijk is
B
of een bedrijf eerlijk is en of het ook veilige producten en voedsel verkoopt
C
of voedsel en producten veilig zijn

Slide 16 - Quiz

een bedrijf maakt gebruik van kinderarbeid. de klanten van Nederland kopen niet meer bij dit bedrijf, ze boycotten dit bedrijf. waar is dit een voorbeeld van?
A
consumentenrecht
B
consumer power
C
consumentenorganisatie

Slide 17 - Quiz

Leerdoelen: reflectie
1. Je kunt uitleggen waarom er consumentenrecht is.
2. Je kunt alle wetten uit dit paragraaf uitleggen.
3. Je kunt uitleggen wat consumer power is.

Slide 18 - Diapositive

Begrippen uit deze les

Slide 19 - Diapositive

Hoe ging het deze les?
1. Telefoons uit in de zakkie
2. Rustig praten
3. Elkaar laten uitpraten
4. We lachen elkaar niet uit

Slide 20 - Diapositive

Begrippen uit deze les

Slide 21 - Diapositive


Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Slide 22 - Question ouverte


Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 23 - Question ouverte