Massamedia. H1: Wat is de rol van de media? Les 2.

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Vandaag: 

1. Check-in: hoe zit je erbij? Welke            successen? 

2. De lesdoelen van deze les 

3. Klassikale instructie:                                H1.2: Ontwikkelingen in de Media.  

4.  Zelfstandig werken Methode M

5. Check-out: hoe zit je erbij?  

Algemene regels: 

- Je houdt je aan de klasse-plattegrond

- Je gaat niet weg tijdens de les 

- Je blijft op je plek zitten

- Geen telefoon op tafel / geen oortjes in

- Na een waarschuwing (laatste kans) volgt een time-out

- Heeft er al iemand een time-out? Dan moet je je direct melden    in lokaal 100 en nablijven

Tijdens klassikale uitleg: 

- Ben je stil!   

- Steek je je vinger op als je iets wilt vragen of wilt reageren  

- Wacht je totdat de docent zegt dat je mag praten  

- Heb je een actieve luisterhouding 

- Blijf je zitten op je plek

Leerdoelen

Aan het eind van deze les kun je de volgende begrippen uitleggen:

• 
  
•  Je weet welke 3 typen Massamedia we onderscheiden: 1. gedrukte media, 2. audiovisuele media, 3. interactieve media
• Je kunt deze 3 typen uitleggen en een voorbeeld geven.  
  

Kleine herhaling

Welke begrippen hebben we vorige keer ook al weer behandeld? 

Communicatie:

Het doorgeven van informatie.

Zender --->Boodschap--->Ontvanger

Medium:

Een middel om informatie te versturen.

(bijv. telefoon)

Welke soorten communicatie heb je? 

1. Direct/Indirect

2. Verbaal en non-verbaal

1. Directe communicatie

        

           Face-to-face: je praat 

           rechtstreeks tot de 

ander

Indirecte communicatie

        

           Je communiceert via een middel

(mobiel/pc/tv)

Dit middel = 

een medium 

Soms kun je iets terugzeggen maar niet altijd! 

Massamedia: 

Media die met hun boodschap zoveel mogelijk mensen proberen te bereiken. 

(bijv. Instagram)

3 typen Massamedia: 

1. Gedrukte media: media zoals kranten, folders, tijdschriften en boeken (oude media)

2. Audiovisuele media: media die beelden en/of geluid uitzenden, zoals de radio- en televisieprogramma’s. 

3. Interactieve media: media waarbij gebruikers kunnen reageren op de content of op elkaar. (interactie)

Samen lezen: 

Methode M --> MASSAMEDIA-->

H1.2.2. De opkomst van de gedrukte media

WE GAAN TERUG NAAR VROEGER! 

De boekdrukkunst

Ontstaan in 1450

Voordelen: 

- Sneller een groot bereik van mensen die het lezen

- Goed voor de wetenschap

- Kinderen konden leren (schoolboeken)

- Andere meningen konden gegeven worden

Landelijke kranten:

Verschijnen dagelijks en brengen binnen- en buitenlands nieuws.

Voorbeelden zijn:

het AD, de Telegraaf, NRC Next, De Volkskrant, Trouw, etc. 

Regionale kranten:

Verschijnen dagelijks en brengen naast binnen en buitenlands nieuws ook nieuws uit de regio. 

Voorbeelden: de Leeuwarder Courant, Dagblad van het Noorden, Tubantia, de Stentor & de Limburger.

Audiovisuele media

Radio: 100 jaar geleden

- Amusementsfunctie en nieuwsfunctie

Televisie: na de 2e Wereldoorlog

- Vrije tijdsbesteding

- Verruimde je wereldbeeld

Interactieve media

Internet: sinds 25 jaar voor consumenten

Belangrijkste media nu! 

Leerdoelen

Aan het eind van deze les kun je de volgende begrippen uitleggen:

• 
  
•  Je weet welke 3 typen Massamedia we onderscheiden: 1. gedrukte media, 2. audiovisuele media, 3. interactieve media
• Je kunt deze 3 typen uitleggen en een voorbeeld geven.  
  

Tijdens zelfstandig werken: 

- Praat je zacht

- Mag je alleen of samenwerken met degene naast je

- Blijf je zitten op je plek

- Vraag? Steek je vinger op: docent komt langs

- Klaar? Laat je werkboek zien aan de docent

Aan de slag: 

Methode M: Wat is de rol van de Media? 

Maak: opdracht 6 t/m 10

(hoofdstuk: Massamedia)

Let op: bij de toets lever je je schrift in en kijk ik de opdrachten na