Een werkstuk maken

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Een werkstuk maken

Een werkstuk maken

Telefoon mee naar tafel

Wat gaan we vandaag doen?

10 min	Uitleg werkstuk maken
n.t.b.	Zelf aan de slag

Lesdoel

Je kunt:

• de structuur van de tekst aan het doel van de tekst aanpassen;
• relaties aangeven met signaalwoorden en structuur-aanduidende zinnen.

een werkstuk maken vanuit vraagstelling

informatie uit verschillende bronnen in een werkstuk verwerken

betrouwbaarheid bronnen beoordelen en bronnen vermelden

de stappen van een werkstuk maken 

video bekijken en slides instructie 

Het werkstuk lever je over twee weken in als huiswerk. Voldoet het niet aan de eisen die gesteld zijn dan maak je een nieuw werkstuk.

Hoe ging het? 

Je onderwerp, hoofdvraag en deelvragen formuleren 

apps.noordhoff.nl

Stappen Werkstuk maken

• Neem de theorie door op bladzijde 82
• Kies een onderwerp wat je interesse heeft of kies eentje uit opdracht 3 (blz. 83)
• Formuleer een hoofdvraag. 
• Kies drie deelvragen die samen je hoofdvraag beantwoorden.
• Zet de deelvragen in logische volgorde. 
• Zoek documentatie om de deelvragen te beantwoorden. 

Documentatie zoeken

• Je zoekt documentatie, bronnen die antwoord geven op je deelvragen.
• Gebruik daarvoor Documenteren P 265-266 van je boek. 
• Verwerk je bronnen meteen in je werkstuk: schrijf ze op zoals voorgeschreven bij Bronvermelding P. 266 van je boek.

Schrijven

• het antwoord op elke deelvraag verwerk je tot een hoofdstuk;
• ieder hoofdstuk krijgt een titel;
• pas daarna schrijf je de inleiding af;
• die bevat keuze onderwerp, introductie hoofd- en deelvragen. 
• dan schrijf je het slot: daarin geef je antwoord op de hoofdvraag. Dat is vaak een conclusie.

Bronvermelding

• Maak de bronvermelding af, volg daarvoor exact het stappenplan in je boek (Documentatie, blz. 265-266)

Bronnen

www.nu.nl/eerstewereldoorlog, bekeken op 28 januari 2025

www.fryskegea.frl/dewolf, bekeken op 21 januari 2025

Controle en voorblad

• Geef je werkstuk een aansprekende titel
• Controleer de tekst op duidelijkheid, samenhang, formulering en spel- en typefouten. 
• Maak een voorblad met naam schrijver(s), naam docent, datum en naam opdracht.