Woordenschat - Vergelijking - Beeldspraak

1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen:

Je kunt uitleggen wat een vergelijking is

Je kent het verschil tussen object en beeld 
 

Slide 2 - Diapositive

Vergelijkingen
In een vergelijking staan twee dingen naast elkaar die op elkaar lijken: 
                         het object (o)              en             het beeld (b)
Joris en Erick (de objecten) lijken op elkaar als twee druppels water (beeld)

Tussen object (iets uit de werkelijkheid) en beeld (iets waar het object op lijkt) is een overeenkomst. Om object en beeld te verbinden, gebruik je verbindingswoorden: als (een), zo … als (een), lijkt wel (een), is net..., een … van een …. 


Slide 3 - Diapositive

Nog een paar voorbeelden van vergelijkingen:
- Je kamer lijkt wel een slagveld.

- Lachen als een boer die kiespijn heeft.
- Hij ging er als een haas vandoor. 

Slide 4 - Diapositive

Een vergelijking is een vorm van beeldspraak en is altijd figuurlijk taalgebruik, je zegt dus iets wat je niet letterlijk bedoelt
Doel:
Tekst aantrekkelijker maken
Iets extra duidelijk of krachtig uitdrukken

Slide 5 - Diapositive

Zo brutaal als....
A
een leeuw
B
een varken
C
de beul
D
een hond

Slide 6 - Quiz

Zo gek als....
A
een hoepel
B
een dubbeltje
C
een deur
D
een lat

Slide 7 - Quiz

Wat is geen doel van een vergelijking?
A
Een aantrekkelijkere tekst
B
Iets wordt extra duidelijk
C
Iets tegenover elkaar zetten
D
Iets wordt extra krachtig

Slide 8 - Quiz

Beeldspraak is altijd figuurlijk taalgebruik
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quiz

Wat is een vergelijking?

Slide 10 - Carte mentale

Wat is geen woordraadstrategie?
A
zoek synoniemen
B
zoek voorbeelden
C
zoek tegenstellingen
D
het zijn allemaal woordraadstrategieën

Slide 11 - Quiz

Aan de slag!
Log via Magister in op Nieuw Nederlands
H 1 - woordenschat  
Maak de startopdracht en opdracht 1t/m 3
Klaar? Ga lekker lezen
Niet klaar: dan is dit je huiswerk voor volgende week!

Slide 12 - Diapositive