Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Paragraaf 4.4: Evolutie in populaties
Slide 1 - Diapositive
Planning en leerdoelen
Opdrachten 4.3
Uitleg 4.4
- Je kunt uitleggen hoe allelen in een populatie overerven.
Slide 2 - Diapositive
Huiswerk 4.3
30-32-36
Andere opdrachten?
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Vidéo
Waardoor ontstaat genetische variatie?
Slide 5 - Question ouverte
Beschrijf de selectiedruk in het ontstaan van een lange nek bij een giraffe.
Slide 6 - Question ouverte
Welke drie uitgangspunten ondersteunen de neodarwinistische evolutie theorie.
Slide 7 - Question ouverte
Hoe ontstaan volgens de neodarwinistische evolutietheorie nieuwe soorten?
Slide 8 - Question ouverte
Soort en Populatie
Soort; organismen die samen vruchtbare nakomelingen krijgen
Populatie; een groep organismen van dezelfde soort in een gebied
Slide 9 - Diapositive
Belangrijke definities
Gene flow = Uitwisseling van genen tussen twee populaties
Genenpool is een verzameling van alle genen in een populatie
Allelfrequentie is hoe vaak een bepaald allel in een populatie voorkomt
Slide 10 - Diapositive
Constante Allelfrequenties
- Geen selectiedruk
- Allelen worden op een willekeurige manier doorgegeven
- Hoe vaker een allel voorkomt in een populatie, hoe groter de kans is dat dit allel wordt doorgegeven
Slide 11 - Diapositive
Wet van Hardy-Weinberg *Binas 93
Allelfrequentie = getal tussen 0 en 1 dat aangeeft hoe vaak een allel voorkomt Hoe vaak het dominante allel (B)
Aangegeven met p
En hoe vaak het recessieve allel (b)
Aangegeven met q
Slide 12 - Diapositive
Wet van Hardy-Weinberg *Binas 93
Allelfrequentie = getal tussen 0 en 1 dat aangeeft hoe vaak bijv. het dominante allel p (Grijs) voorkomt
Als p = 0,6 wat is dan q?
q = 0,4.
p+q=1
hoeveel (%) witte katten zijn er dan?
Slide 13 - Diapositive
Veranderende Allelfrequenties
Wet van Hardy Weinberg geldt niet
Wel selectiedruk, voordelige mutaties erven over
Seksuele selectie; bepaalde eigenschappen beïnvloeden de voortplantingskans.
Slide 14 - Diapositive
Genetic drift
- Puur toevalsproces:
Afzondering van een kleine sub-populatie die genetisch verschilt ten opzichte van de oorspronkelijke populatie (Founder-effect: vb. migratie ; Flessenhalseffect: rest van populatie sterft door bijv. natuurramp)