Levende natuurles Camouflage en mimicry

Camouflage & mimicry
Hoe overleven dieren in de natuur?
Wat is camouflage?
Wat is mimicry?


Levende natuur 
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieBasisschoolGroep 6-8

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Camouflage & mimicry
Hoe overleven dieren in de natuur?
Wat is camouflage?
Wat is mimicry?


Levende natuur 

Slide 1 - Diapositive

Wat ga je leren?
  • Je leert de rol die camouflage en mimicry spelen in de natuur. 
  • Je leert over effecten van camouflage en mimicry, 
  • Je bedenkt manieren om deze vermommingen toe te passen

Slide 2 - Diapositive

Aanpassen en overleven
  • Dieren passen zich aan.
  • Hoe hun omgeving is maakt uit hoe ze leven en eruit zien.
  • Net als jij: is het koud, dan trek je een jas aan.
  • In de zomer ben je een stuk bloter en bruiner, en eet je ook anders! Zo is het in de natuur...
  • Wie niet sterk is, moet zich verschuilen. Camouflage kan erbij helpen!

Slide 3 - Diapositive

Wat is camouflage?
Als dieren zich camoufleren, veranderen zij hun kleur, hun vorm en hun tekeningen aan hun achtergrond. Hierdoor is het dier (bijna) niet meer zichtbaar. 
Er is bij camouflage dus sprake van gezichtsbedrog .

Slide 4 - Diapositive

Camouflage
Camouflage is handig in het dierenrijk. 
Veel prooidieren vallen door hun kleur niet op in hun omgeving en worden daarom minder snel gevangen door roofdieren. 
Voor roofdieren is het handig om hun prooien onopvallend te besluipen. 
De prooi afwachten tot deze binnen klauwbereik is, gaat ook het beste als je niet opvalt. 
Camouflage wordt dus veel toegepast in de natuur. 

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Question de remorquage

Sleep mij naar het verborgen dier.

Slide 7 - Question de remorquage

Sleep mij naar het verborgen dier.

Slide 8 - Question de remorquage

Sleep mij naar het verborgen dier.

Slide 9 - Question de remorquage

Schutkleuren
Schutkleuren zijn kleuren waardoor dieren niet 
opvallen in hun leefomgeving. 
Ze zien er (bijna) hetzelfde uit als de achtergrond. 
Witte hazen en ijsberen in de sneeuw, zandkleurige konijnen en patrijzen op de grond tussen gras en struiken. 
De roerdomp tussen het riet, een broedende wilde eend op haar nest, een pad op de grond en geelbruine leeuwen op de savanne. 

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Schutkleuren
Ook allerlei vlek- en streeppatronen camoufleren dieren: 
gestreepte tijgers en gevlekte panters vallen nauwelijks op in de schaduwen van gras en bladeren. Al deze vormen noemen we camouflage.

Slide 12 - Diapositive

Mimicry
Er bestaat in de natuur nog een andere manier om niet op te vallen, terwijl je wél goed zichtbaar bent. Bijvoorbeeld insecten die eruit zien als bladeren, takken of vogelpoepjes. Je ziet ze wel, maar herkent ze niet als insect. Zulke vormen van verstoppen noemen we mimicry. 

Slide 13 - Diapositive

Mimicry
 Een succesvol voorbeeld daarvan is om te lijken op een gevaarlijk dier. 
Zo zijn er kevers, spinnen en bijen die met zwarte en gele streepjes een wesp imiteren. 
Roofdieren lopen liever geen risico en houden afstand van zulke look-alikes. 

Slide 14 - Diapositive

Mimicry
 Een andere veelgebruikte manier zijn nep-ogen. 
Vlinders bijvoorbeeld hebben grote ronde vlekken op hun vleugels. 
Als ze hun vleugels plotseling uitklappen, hopen ze dat een vogel schrikt en wegvliegt.


Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Camouflage
Mimicry
Wat doet het dier? Sleep naar het juiste vak.

Slide 17 - Question de remorquage

Samenvatting
Camouflage -->niet opvallen in hun omgeving
Mimicry --> lijken op een ander gevaarlijk dier




Slide 18 - Diapositive