Hoe sta je ervoor met ww-spelling? (1)

 
Hoe sta jij ervoor met  
ww-
spelling?
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 3-6

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

 
Hoe sta jij ervoor met  
ww-
spelling?

Slide 1 - Diapositive

Vooraf: vind je werkwoordspelling:
A
heel gemakkelijk
B
gemakkelijk
C
moeilijk
D
heel moeilijk

Slide 2 - Quiz

Wat is je inschatting, van de 25 werkwoorden heb ik er
A
geen fout
B
drie, vier, vijf of zes fout
C
een of twee fout
D
meer dan zes fout

Slide 3 - Quiz

Toelichting
  • Kies uit: dd-d-dt-t-tt
  • Kies voor tegenwoordige tijd als je niet uit de rest van de zin kunt afleiden of het tegenwoordige tijd of verleden tijd moet zijn
  • Aan het eind van elke zin vind je tussen haakjes de infinitief van het werkwoord waarom het gaat

Slide 4 - Diapositive

Het is leuk zoals dat hondje na die puppycursus gehoorzaam... (gehoorzamen)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 5 - Quiz

Mijn broer is gevraagd als penningmeester, maar hij aanvaar... deze functie niet. (aanvaarden)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 6 - Quiz

Laat hem maar even rustig zitten; over een half uurtje zal hij wel bedaar... zijn. (bedaren)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 7 - Quiz

De dief was op de gestolen fiets gevlucht, maar hij werd door een agent achterhaal... (achterhalen)

A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 8 - Quiz

Het bedroef... me zeer dat anderen goede sier willen maken met mijn verdiensten. (bedroeven)

A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 9 - Quiz

De politie gelas...e de betogers uiteen te gaan. (gelasten)

A
d
B
t
C
tt
D
dd

Slide 10 - Quiz

Aan de horizon onderschei ... de stuurman duidelijk twee boortorens. (onderscheiden)

A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 11 - Quiz

Hij heeft te veel tijd aan zijn hobby’s besteed, waardoor hij zijn studie heeft verwaarloos... (verwaarlozen)

A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 12 - Quiz

Bij ons zilveren huwelijksfeest vorig jaar berei...en onze kinderen ons een grote verrassing. (bereiden)

A
d
B
t
C
tt
D
dd

Slide 13 - Quiz

Ik geloof niets van wat je me daar vertel... (vertellen)

A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 14 - Quiz

Het is voor de veiligheid noodzakelijk dat je die contactdoos in de badkamer aar... (aarden).

A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 15 - Quiz

Deze computer doet in een uur meer werk, dan vijf mensen vroeger in een week verrich...en. (verrichten)

A
d
B
t
C
tt
D
dd

Slide 16 - Quiz

De glassplinter moest zo snel mogelijk uit het oog van het slachtoffer verwijder... worden. (verwijderen)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 17 - Quiz

Voor de feestdagen braa... mijn moeder een kallkoen. (braden)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 18 - Quiz

Ik heb je wel wat lang laten wachten, maar ik hoop dat je je niet verveel... hebt. (vervelen)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 19 - Quiz

Op mijn vorige school pes...en de kinderen elkaar vaak. (pesten)
A
d
B
t
C
tt
D
dd

Slide 20 - Quiz

Het is niet verstandig van hem dat hij zijn dochter zo verwen... (verwennen)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 21 - Quiz

Hoewel de brandweer alles deed om de brand te blussen, bran...en het huis en de schuur tot de grond toe af. (afbranden)
A
d
B
t
C
tt
D
dd

Slide 22 - Quiz

Als een huis het verkeer in de weg staat, gebeurt het soms dat de gemeente het onteigen...(onteigenen)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 23 - Quiz

Ik ben er zeker van dat men je in dit ziekenhuis uitstekend verpleeg... (verplegen)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 24 - Quiz

Ik heb veel te lang in de zon gezeten; nu is mijn gezicht helemaal vervel... (vervellen)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 25 - Quiz

Doordat het op het perron zo toch...e, heeft ze waarschijnlijk kougevat. (tochten)
A
d
B
t
C
tt
D
dd

Slide 26 - Quiz

Het getuigt niet van een hoogstaand karakter, als men zijn tegenstanders belaster... (belasteren)
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 27 - Quiz

Onze vroegere buren voe...en hun kinderen indertijd op in een sfeer van vertrouwen. (opvoeden)
A
d
B
t
C
tt
D
dd

Slide 28 - Quiz

De reizigers werden overvallen en beroof... van al hun kostbaarheden.
A
d
B
t
C
dt
D
dd

Slide 29 - Quiz

De vorige zin was de laatste. Hoe tevreden ben je met je resultaat?
A
heel tevreden
B
een beetje tevreden
C
niet zo tevreden
D
heel erg ontevreden

Slide 30 - Quiz

Slide 31 - Lien