Les 1 - creatief schrijven



                              CREATIEF SCHRIJVEN - LES 1
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon



                              CREATIEF SCHRIJVEN - LES 1

Slide 1 - Diapositive

LESDOELEN:

  • De schrijver in jou vinden
  • Korte creatieve verhalen schrijven

Slide 2 - Diapositive

Waarom heb jij voor deze les gekozen?

Slide 3 - Question ouverte

Maak de zin af:
'Schrijven is voor mij...'

Slide 4 - Question ouverte

Wie schrijft er wel eens voor zijn plezier? (Dus niet omdat het moet...)
A
Vaak
B
Soms
C
Bijna nooit
D
Nooit

Slide 5 - Quiz



Net als bij schilderen en dansen mag je hier je fantasie gebruiken. Verken de grenzen van jouw geest... 
Kan het ook anders? Alles mag. Ondersteboven, omgekeerd, binnenstebuiten...

Er is geen goed of fout. 
Wat wel kan, is beter leren schrijven, door de tips & tricks die je krijgt tijdens de lessen. 
BE CREATIVE

Slide 6 - Diapositive

Oefening 1
Kies één van de volgende drie onderwerpen: 
  • school 
  • je ouders
  • je favoriete sport

Slide 7 - Diapositive

Oefening 1
De komende vijf minuten schrijf je onafgebroken over dit onderwerp. 

Regels: 
  • Haal je pen niet van het papier
  • Schrijf alles op wat in je opkomt ('Dit is stom! Dit is moeilijk!' dus ook...) 
  • Niet wegstrepen
  • Niet stoppen 
timer
3:00

Slide 8 - Diapositive

Oefening 2
Lees terug wat je hebt geschreven. 


  • Onderstreep/markeer drie zinnen die je mooi, interessant of bijzonder vindt 

Slide 9 - Diapositive

Oefening 2
  • Kies één van deze drie zinnen als eerste zin van een kort verhaal dat je gaat schrijven
  • Dit verhaal mag overal over gaan en kent geen regels
  • We schrijven 20 minuten. Eerder ben je niet klaar. 
  • Typ je verhaal in Google Docs, noem het bestand: 'creatief schrijven - verhaal 1'
 

timer
20:00

Slide 10 - Diapositive

Maak de zin af.
'Ik vond deze les...'

Slide 11 - Question ouverte