2.3 De microscoop 08-01-24

Thema 2: Organen en cellen
Basisstof 3: De microscoop
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Thema 2: Organen en cellen
Basisstof 3: De microscoop

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?

Rondje vakantie
Lesdoelen
Uitleg thema 2, basisstof 3
Aan de slag!  



Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen
Aan het einde van deze les kan je...

  1. Je kent tenminste 5 onderdelen van de microscoop en hun functie.
  2. Je kunt de vergroting van de microscoop uitrekenen.
  3. Je kunt uitleggen wat een preparaat is.

Slide 3 - Diapositive

Wat hebben we al gedaan?
Niet alle onderdelen van een plant kunnen we met onze ogen zien. Soms heb je een microscoop nodig om onderdelen te kunnen zien.

Je leert hoe je met een microscoop werkt en hoe je op de juiste wijze een preparaat maakt.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Vergroting berekenen
Oculair en objectief samen geven de vergroting. Met een oculair dat 10× vergroot en een objectief dat 4× vergroot, is de totale vergroting 10 × 4 = 40×.


vergroting oculair × vergroting objectief = totale vergroting



Slide 7 - Diapositive

Een preparaat 
Het voorwerp dat je met de microscoop bekijkt, heet het preparaat. Een preparaat bestaat uit een dik en een dun glaasje. Ertussen ligt wat je wilt bekijken.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Waarmee stel je de microscoop scherp
A
Eerst met de kleine schroef en dan met de grote schroef
B
Alleen met de grote schroef
C
Alleen met de kleine schroef
D
Eerste met de grote schroef en dan met de kleine schroef

Slide 11 - Quiz

Jasmijn kijkt door haar microscoop. Haar oculair vergroot 10x en haar objectief 4x. Hoe vaak is haar beeld vergroot?
A
4x
B
10x
C
40x
D
400x

Slide 12 - Quiz

Wat doe je met een objectglas?
A
Daar haal je een voorwerp van af om te bekijken.
B
Daar leg je het voorwerp op wat je wilt gaan bekijken.
C
Het objectglas is het gaatje in de tafel van de microscoop.
D
Het objectglas leg je over het voorwerp heen.

Slide 13 - Quiz

Waarvoor dient het oculair van een microscoop?
A
Hier vergroot je het preparaat
B
Hiermee stel je scherp
C
Hier pak je de microscoop vast
D
Hiermee regel je de hoeveelheid licht

Slide 14 - Quiz

met welk onderdeel kunnen we licht regelen bij microscoop
A
objectief
B
grote schroef
C
diafragma
D
revolver

Slide 15 - Quiz

Met welk onderdeel van de microscoop draai je een ander objectief met een grotere vergroting voor?
A
Oculair
B
Revolver
C
Tubus
D
Tafel

Slide 16 - Quiz

Hoe heet het voorwerp wat je onder de microscoop gaat bekijken?
A
Het preparaat
B
Het dekglas
C
Het voorwerp glas
D
Een blad

Slide 17 - Quiz

Maakwerk:





Blz. 93, 94, 95
Klaar? Lezen en maken blz. 107

Slide 18 - Diapositive

Een preparaat maken
Om iets onder de microscoop te kunnen bekijken, moet je eerst een preparaat maken. 
In de volgende video laat onze TOA zien hoe je een preparaat maakt.
De groep op school, gaat hier in de les mee oefenen. 

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Aan de slag! Thema 2.3
Wat?  Blz. 92, maken blz. 93 1-2-3-4
Hoe?   Alleen of fluisterend samen met je buur.



Slide 21 - Diapositive