Etaleren

1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
Beeldende vormingMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 300 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Wat houdt etaleren
in denk jij?

Slide 2 - Carte mentale

Is etaleren belangrijk ja waarom of nee waarom niet

Slide 3 - Question ouverte

De etalage

HET DOEL VAN DE ETALAGE IS:
Stopkracht, Opvallen, Attentiewaarde
Uitnodigen, Zuigkracht
Imago, Uitstraling
Laten zien welke producten en/of diensten er verkocht worden.
Verkoopbevordering






Slide 4 - Diapositive

Etaleren doelen van deze les

Na deze lessenserie heb je de volgende dingen geleerd:

• Wat het doel van een etalage is.
• Hoe een etalage wordt ingericht.
• Waar je op moet letten als je zelf een etalage gaat ontwerpen.
• Waar moet je op letten als je de etalage gaat maken
•Welke type etalages zijn er

Slide 5 - Diapositive

AIDA
Aandacht trekken om actief te verkopen:
 een manier om een willekeurige voorbijganger over te halen om bij jou klant te worden.

A = Attention (=aandacht)
I = Interest (=interesse)
D = Desire (= verlangen, ik wil het hebben!)
A = Action (=actie! Kopen!)


Slide 6 - Diapositive

Koppel de juiste worden aan elkaar 
Attention
Desire
Interest
Action
Aandacht
actie, kopen
ik wil het hebben
interesse

Slide 7 - Question de remorquage

etalages

Slide 8 - Diapositive

Eyecatcher 
In een etalage staat meestal iets wat meteen jouw aandacht vraagt. Iets dat opvalt door dat het groot of fel gekleurd is. Of omdat het precies op ooghoogte hangt. Dit noemen we een eyecatcher. Letterlijk vertaald naar het Nederlands een ‘blikvanger’.  Als je een etalage inricht is het belangrijk dat je goed let op hoe je de producten neerzet in de etalage. Gebruik de hele etalage en hang bijvoorbeeld dingen op. Zorg er voor dat je een eyecatcher hebt die de aandacht trekt. Zorg dat je nadenkt over het gebruik van kleur en dat je een sfeerbeeld maakt in de etalage. 

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Open en gesloten etalages
  • Gesloten etalages
      etalage is een gesloten ruimte (door een luik erin)
      klant ziet alleen de etalage, niet de verkoopruimte
  • Open etalages
      geven gelegenheid om in de winkel te kijken

Slide 12 - Diapositive

Andere etalagevormen
  • Hoek- of portieketalage
      2 zijden waardoor naar binnen kan worden gekeken
  • Eilandetalage
       inkijk van 4 kanten
  • Vitrine
      uitstalkast, meestal in de winkel zelf

Slide 13 - Diapositive

Artikel = basis van de presentatie
Op verschillende manieren naar voren brengen:
  • Consumptieverwant etaleren
      artikelen met hetzelfde doel (bijv. hark, bladhark)
  • Productieverwant etaleren
      artikelen van dezelfde grondstof zijn gemaakt
      (bijv. houten meubels, houten plantenbakken)
  • Themaverwant etaleren
      artikelen aan de hand van een bepaald thema
      (bijv. tuinieren; riek, bladblazer, kruiwagen)
Andere verwantschappen
 - merkverwantschap (zelfde merk)
 - prijsverwantschap (dezelfde prijsklasse)
 - stijlverwantschap (in dezelfde stijl)
 - herkomstverwantschap (uit een bepaald land of streek)




Slide 14 - Diapositive

Manier van inrichten
We gaan de verschillende vormen van etalages bekijken. 
Kies de vorm die jou het beste lijkt bij je ontwerp idee. 

* piramide inrichting
* symmetrische inrichting
* ritmische inrichting
* A-symmetrische inrichting

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Wat voor soort
compositie zie je hier?
A
piramide
B
symmetrie
C
ritme
D
A-symmetrisch

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Diapositive

Tips en tricks
Bepaal je visie en imago

Kies een thema en / of mooie decoratie gebruik eyecatchers
Beperk kleuren & materiaalkeuze
Kies commercieel interessante producten / acties / seizoensproducten
Gebruik posters of achtergronden, maar bouw het niet dicht en vol
‘Product is the hero!’ Decoratie blijft om te ondersteunen.





Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

De compositie
Compositie  = het ordenen van losse onderdelen tot een geheel.

Tijdelijke elementen = datgene wat in een de etalageruimte wordt geplaatst:
  • De artikelen
  • De opbouwmaterialen
  • De decoraties
  • Prijs- en tekstkaarten
  • Gereedschap en hulpmaterialen

Wisselen steeds als er een nieuwe etalage wordt gemaakt.



Slide 29 - Diapositive