Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
Directe rede: je schrijft woord voor woord op wat iemand zegt (citaat). Je gebruikt aanhalingstekens.
Indirecte rede: je schrijft iemands woorden niet letterlijk op. Je gebruikt geen aanhalingstekens.