1 De maatschappij en politiek

1 De maatschappij en politiek
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 27 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

1 De maatschappij en politiek

Slide 1 - Diapositive

Politiek
Politiek = het maken van regels + het nemen van besluiten die te maken hebben met het besturen van:

- het land (heel Nederland)
- de provincie (Noord-Brabant)
- de gemeente (valkenswaard)

Slide 2 - Diapositive

Politici
Omdat we niet met 17 miljoen mensen over elk ding samen kunnen gaan stemmen kiezen we mensen die voor ons besturen.

Deze mensen noemen we politici. Ze vertegenwoordigen het volk bij het nemen van besluiten. Een ander woord voor politici = bestuurders

Slide 3 - Diapositive

Ambtenaren
Politici worden bij het besturen geholpen door heel veel assistenten. Die assistenten noemen we ambtenaren.  Zij hebben vaak veel verstand van een bepaald onderwerp zoals verkeer of veiligheid.

Ambtenaren kunnen plannen maken maar ook plannen uitvoeren zoals bedrijven controleren. 

Slide 4 - Diapositive

Ook politie en
leraren
zijn ambtenaren

Slide 5 - Diapositive

De overheid = 
Alle politici + alle ambtenaren bij elkaar

Zij maken het overheidsbeleid: alle wettelijke regels en afspraken in ons land.

Slide 6 - Diapositive

3 bestuurlijke niveaus
In Nederland zijn 3 bestuurlijke niveaus:
1. Het hele land (overheid)
2. de provincie (provinciale staten)
3. De gemeente (gemeenteraad)

Elk niveau heeft zijn eigen vorm van bestuur die besluiten neemt. 

Slide 7 - Diapositive

Invloed
politici hebben politieke macht: zij maken besluiten waar iedereen mee te maken heeft. Ze kunnen dus niet zomaar wat doen want dan heeft het hele land er last van.

Daarom is het zo belangrijk dat we de juiste mensen kiezen die in onze naam besturen.

Slide 8 - Diapositive

verzorgingsstaat
In Nederland zorgt de overheid er voor dat er voor iedereen een bestaansminimum is. Dat is een bedrag wat je minimaal (minstens) nodig hebt om in je levensonderhoud te voorzien.

Hierdoor krijg je als je (tijdelijk) niet kunt werken of ziek bent een uitkering van de overheid. Dat noemen we sociale zekerheid.

Slide 9 - Diapositive

verzorgingsstaat
Daarnaast zorgt de overheid ook voor dingen die we allemaal nodig hebben zoals ziekenhuizen, onderwijs en huizen. Dit noemen we collectieve welzijnsvoorzieningen.

In Nederland zorgt de overheid dus voor haar burgers. Daarom is Nederland een verzorgingsstaat. Deze taken vinden we zo belangrijk dat ze in de grondwet zijn vastgelegd.

Slide 10 - Diapositive

Aan de slag
1. Pak het boekje politiek
2. lees blz 6 + 7
3. markeer met markeerstift alle begrippen + de betekenis (die staat er vaak voor of achter)
4. Maak opdrachten 1 t/m 4
5. Ga naar blz 14 en vul de begrippen van 1.1 in t/m verzorgingsstaat in.
6. Maak zelf vast een samenvatting of mindmap van 1.1

Slide 11 - Diapositive

1.2 de rol van de politiek bij maatschappelijke problemen

Slide 12 - Diapositive

algemeen belang
De overheid houdt zich alleen bezig met dingen die van algemeen belang zijn. Dus dingen die voor heel veel mensen belangrijk zijn, waar veel mensen van afhankelijk zijn of waar veel mensen voordeel van hebben.  Bijvoorbeeld scholen, nieuwe wegen of afval ophalen.

De overheid houdt zich niet bezig met jouw persoonlijke problemen.

Maar burgers verwachten van de overheid wel dat ze maatschappelijke problemen aanpakt en oplost.

Slide 13 - Diapositive

Maatschappelijke problemen
Maatschappelijke problemen zijn problemen waar veel mensen last van hebben. Iets wat echt speelt in de maatschappij en waar verschillende mensen anders over denken.

Maatschappelijke problemen gaan vaak over normen, waarden, belangen en macht.

Slide 14 - Diapositive

kenmerken maatschappelijk probleem
1. Het is iets waar veel mensen last van hebben
2. Er zijn veel verschillende meningen over hoe het moet worden opgelost
3. Het probleem krijgt veel aandacht in de media
4. Het probleem kan het beste opgelost worden door de overheid in samenwerking met burgers of organisaties.

Slide 15 - Diapositive

Voorbeelden van maatschappelijke problemen
milieuvervuiling
vergrijzing
drugshandel
discriminatie (zwarte piet)
Immigratie
vaccineren

Slide 16 - Diapositive

waarden en normen
waarden= dingen die je belangrijk vindt in het leven
bijv. vrijheid, vriendelijkheid, eerlijkheid

normen = regels die bepalen hoe jij en anderen zich moeten gedragen
bijv. jezelf zijn, je eigen geld verdienen.

Normen horen bij waarden. Als je eerlijk belangrijk vindt ga je jezelf niet anders voordoen. Dan ben je altijd jezelf


Slide 17 - Diapositive

Belangen
Een belang is een voordeel dat je ergens bij hebt. 

Niet iedereen heeft dezelfde belangen:
- een werknemer wil een zo hoog mogelijk salaris
- de baas wil juist een zo laag mogelijk salaris betalen

Dit noemen we belangenverstrengeling, de belangen botsen

Slide 18 - Diapositive

Macht en machtsmiddelen
Je gaat natuurlijk voor jouw belangen. Om te krijgen wat je wilt is het handig als je macht hebt.

macht = de mogelijkheid om het gedrag van anderen te beïnvloeden.

Slide 19 - Diapositive

Macht en machtsmiddelen
Om je zin te krijgen kun je machtsmiddelen inzetten. Dat zijn middelen waarmee je het gedrag van anderen kunt beïnvloeden. Bijvoorbeeld:
- geld
- een functie of beroep
- kennis
- vertuigingskracht
- aanzien

Slide 20 - Diapositive

Machtsmiddelen
Als je een baan hebt heeft je baas macht over je, hij kan je bijvoorbeeld ontslaan. 

In een ziekenhuis heeft een arts macht over je, hij bepaalt of je een operatie krijgt en of je naar huis mag. 

Slide 21 - Diapositive

Machtsmiddelen
- vaardigheden (zoals goed kunnen spreken in het openbaar)
- charisma (uitstraling hebben)
- macht van het getal (met velen zijn ipv alleen)

Slide 22 - Diapositive

Aanpak maatschappelijke problemen
Om een maatschappelijke probleem aan te pakken zijn vaak nieuwe regels en wetten nodig. Hiermee wordt een maatschappelijk probleem dus ook een politiek probleem.

Criminaliteit is een maatschappelijk probleem wat eigenlijk altijd wel op de politieke agenda staat. Politici zijn hier vaak mee bezig en moeten misschien nieuwe wetten maken.

Slide 23 - Diapositive

Aanpak maatschappelijke problemen
Andere maatschappelijke problemen die op de politieke agenda staan zijn: milieuvervuiling, werkloosheid, immigratie en discriminatie.

Politici staan vaak een een dilemma: een lastige keuze tussen 2 dingen die allebei voordelen en nadelen hebben.

Slide 24 - Diapositive

Dilemma's
Voorbeeld van een dilemma:

De gemeente kan ervoor zorgen dat vrachtwagens niet meer in het centrum mogen komen omdat ze vervuilend zijn maar dan gaan winkels weg. Winkels kunnen dan in het centrum geen voorraad meer krijgen.

Hier sta je voor een moeilijke keuze: kies je voor het milieu of voor economische groei?

Slide 25 - Diapositive

Aan de slag
1. Pak het boekje politiek
2. lees blz 8+9
3. markeer met markeerstift alle begrippen + de betekenis (die staat er vaak voor of achter)
4. Maak opdrachten 5 t/m 8
5. Ga naar blz 14 en vul de begrippen van 1.2  vanaf algemeen belang in
6. Maak zelf vast een samenvatting of mindmap van 1.1 + 1.2
7. Lever je samenvatting of een foto daarvan in via Teams

Slide 26 - Diapositive

Hoofdstuk 1 Les 3
- We gaan 1.1 en 1.2 nakijken
- je gaat naar blz 10 en maakt opdrachten 10, 11, 12, 15, 16
- ga naar blz 15 en maak de invulsamenvatting

Slide 27 - Diapositive