Les 3: Stelt een plan op voor een wedstrijd, toernooi of evenement.
1 / 15
La durée de la leçon est: 120 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Stelt een plan op voor een wedstrijd, toernooi of evenement
Bereidt een wedstrijd, toernooi of evenement voor
Voert een wedstrijd, toernooi of evenement uit
Kerntaak 2.1
Kerntaak 2.3
Kerntaak 2.2
Slide 2 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 3 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat staat er volgens jou allemaal in een plan voor een organisatie?
Slide 4 - Carte mentale
Onderzoek
Plannen en organiseren
Doelgroep
Aard
Organisatievorm
Inventarisatie van accommodatie, materialen en middelen
Doel
Haalbare tijdsplanning
Het plan laten zien aan jouw eindverantwoordelijke. 8
Slide 5 - Diapositive
Onderzoek
Plannen en organiseren
Doelgroep
Aard
Organisatievorm
Inventarisatie van accommodatie, materialen en middelen
Doel
Haalbare tijdsplanning
Wat zijn manieren om onderzoek te doen naar de doelgroep en de opdrachtgever?
Slide 6 - Carte mentale
Interview
Enquete
Vergadering
Internet zoeken
Wetenschappelijk onderzoek
Wat voor vragen kan je stellen als je onderzoek doet? (noem er 3)
Slide 7 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Waarom doe je onderzoek voor een wedstrijd/toernooi/evenement?
A
Omdat het moet
B
Zo kom je er achter wat de doelgroep wil
C
Zo kom je er achter wat de opdrachtgever en de doelgroep wil waardoor je WTE aansluit bij hen
D
Dan weet je wat de opdrachtgever belangrijk vindt
Slide 8 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Bij Plannen en Organiseren schrijf je dingen over de doelgroep op. Wat is handig te weten over je doelgroep?
Slide 9 - Carte mentale
Voor welke doelgroep ga je jouw toernooi of evenement organiseren?
Wat zijn de eigenschappen van deze doelgroep?
Waar moet je bij deze doelgroep extra goed op letten? etc.
Beschrijf de doelgroep volledig a.d.h.v. de gedragsaspecten (motorisch, cognitief en sociaal-affectief gedrag).
Wat betekent aard van het evenement?
A
Of het op aarde is of op de maan
B
Of het prestatief of recreatief is
C
Of het binnen of buiten is
Slide 10 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Welke organisatievormen ken je?
Slide 11 - Carte mentale
Roulatiesysteem
Afvalsysteem
Poulesysteem
Uitdaagsysteem
Competitiesysteem
Inventarisatie van accommodatie, materialen en middelen. Wat moet je hier allemaal over weten?
Slide 12 - Carte mentale
Beschikbare ruimte
Beschikbare materialen
Beschikbare vrijwilligers
Waarom en voor wie is een doel voor een evenement belangrijk?
Slide 13 - Question ouverte
Voor de deelnemers
Voor de opdrachtgever
Voor de toeschouwers
Doel; het winnen van het toernooi
Doel; het binnen halen van leden
Doel; geamuseerd worden
In je Plan komt een tijdsplanning. Wat zet je daarin?
Slide 14 - Question ouverte
Wat doe je op welke dag in de voorbereiding?
Wanneer ga je overleggen met jouw eindverantwoordelijke?
Wanneer maak je het plan, het voorbereidend draaiboek en het dagdraaiboek?
Wanneer regel je vrijwilligers?
Wanneer regel je de materialen?
Slide 15 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
