De democratie als staatsvorm komen we voor het eerst tegen bij de Grieken in Athene. In deze machtige stadstaat eisten verschillende groepen in de maatschappij politieke invloed.
Athene was de machtigste stadstaat van het oude Griekenland. In 509 v. Chr. werd daar een belangrijke politieke regel ingevoerd. Alle vrije mannen van 18 jaar en ouder mochten meebeslissen in de politiek. Ongeveer 10 % van de bevolking nam de politieke beslissingen. Vrouwen, kinderen, slaven (1/3 van de bevolking) en mensen van buiten Athene hadden geen stemrecht.
De democratische regeringsvorm was een gevolg van de opkomst van ‘nieuwe rijken’. Naast de traditionele land-adel was een succesvolle klasse van handelaren ontstaan. Deze eiste op basis van haar rijkdom een deel van de politieke macht op. Ook de arme boeren en burgers eisten politieke invloed. Uiteindelijk besloot men tot bovengenoemde maatregel en was de geboorte van de democratie een feit.