Reizen (1)

Goedemorgen!
Welkom bij de les
Hoe voel je je?
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2MBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 37 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 135 min

Éléments de cette leçon

Goedemorgen!
Welkom bij de les
Hoe voel je je?

Slide 1 - Diapositive

75 minuten

Start les (10 min.)
Herhaling: gezondheid (10 min.)
Woorden (10 min.)
Werkwoorden (30 min.)
Luisteren (10 min.) 

Pauze

Lezen en schrijven (15 min.)
Spreken (30 min.)
Einde van de les (15 min.)

60 minuten
De vier b's
Ik voel me blij (happy).
Ik voel me boos (angry).
Ik voel me bang (afraid).
Ik voel me bedroefd (sad).

Slide 2 - Diapositive

75 minuten

Start les (10 min.)
Herhaling: gezondheid (10 min.)
Woorden (10 min.)
Werkwoorden (30 min.)
Luisteren (10 min.) 

Pauze

Lezen en schrijven (15 min.)
Spreken (30 min.)
Einde van de les (15 min.)

60 minuten
Programma
  • Je herhaalt gezondheid
  • Je luistert, leest, schrijft en spreekt over reizen
  • Werkwoorden: reizen, gaan en nemen

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Herhaling: gezondheid
Schrijf samen woorden over gezondheid.

Per woord: 1 punt
Goede spelling: 1 punt extra
timer
5:00

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


de fiets

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


de auto

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


de bus

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


de trein

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


het station

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


de tram

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


de metro

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


de boot

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


het vliegtuig

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Wij reizen met ...

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

reizen
ik reis
jij reist / reis jij?
u reist
zij reist
hij reist

wij reizen
jullie reizen
zij reizen

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
5:00

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Wij gaan met ...

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

gaan
ik ga
jij gaat / ga jij?
u gaat
zij gaat
hij gaat

wij gaan
jullie gaan
zij gaan

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
5:00

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Wij nemen ...

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
5:00

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

nemen
ik neem
jij neemt / neem jij?
u neemt
zij neemt
hij neemt

wij nemen
jullie nemen
zij nemen

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Luisteren
Opdracht: Luister naar Aziz, Joy en Fareed. Ze vertellen hoe ze reizen. Waar of niet waar?

  1. Aziz gaat in Bunnik naar school. 
  2. Aziz gaat soms met de bus naar school. 
  3. Aziz gaat met de auto naar school.
  4. Joy gaat met de fiets naar Zwolle.
  5. Joy reist soms met het vliegtuig.
  6. Fareed reist vaak met de tram of de metro.
  7. De tram en de metro gaan elke tien minuten.
  8. Fareed gaat met de boot naar Engeland.

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Praat samen
Opdracht: Praat samen. 

  1. Cursist A leest de vraag. Cursist B geeft antwoord.
  2. Cursist B leest de vraag. Cursist A geeft antwoord.
  3. ...
timer
15:00

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Spreken
timer
15:00

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Mijn auto
  • Ik ga met mijn auto.
  • Jij gaat met jouw / je auto.
  • U gaat met uw auto.
  • Hij gaat met zijn auto.
  • Zij gaat met haar auto.
  • Wij gaan met onze auto. (de auto - onze auto / het huis - ons huis)
  • Jullie gaan met jullie auto.
  • Zij gaan met hun auto.


Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Mijn auto
Opdracht: Maak de opdracht over Mijn auto.

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Einde van de les
Opdracht: Maak de puzzel en schrijf zinnen met de woorden.
timer
15:00

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions