Functies van de huid en adnexen

De Huid
Herhaling huidlagen 
functies 
1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
SchoonheidsverzorgingBeroepsopleiding

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

De Huid
Herhaling huidlagen 
functies 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

In welke huidlaag zitten de talgklieren?
A
lederhuid
B
opperhuid
C
basaalcellenlaag
D
onderhuid

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel huidlagen heeft de opperhuid?
A
4
B
2
C
5
D
3

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In welke huidlaag zitten de collageenvezels?
A
Opperhuid
B
Lederhuid
C
Onderhuid

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In welke huidlaag begint het verhoorningsproces?
A
Hoornlaag
B
Basaalcellenlaag
C
Korrellaag

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

In je huid liggen zweetklieren. In welk deel van de huid liggen de zweetklieren?
A
Hoornlaag
B
Papillenlaag
C
Netlaag
D
Basaalcellenlaag

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is geen taak van de huid?
A
Beschermen tegen UV stralen
B
Waarnemen van prikkels
C
Beschermen tegen uitdroging
D
Stevigheid

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de zuurmantel van de huid?
A
Vettig laagje dat de huid beschermt tegen invloeden van buitenaf
B
De opperhuid
C
Ander woord voor talg
D
Vettig laagje dat de huid uitdroogt

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Huidadnexen
haar, klieren en nagels

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Anatomie
Dermis
De lederhuid vormt het grootste gedeelte van de huid en bevat véél structuren. 
  • Haarzakje (follikel)
  • haar spiertje
  • talgklier (exocrien)
  • (slag)ader en haarvat
  • tast- en drukknoop

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

HUIDADNEXEN = AANHANGELS VAN DE HUID
  • Talgklieren

  • Zweetklieren

  • Haren

  • Nagels

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zweetklier
Geven zweet af via afvoerbuisje:

1)  Rechtstreeks aan het huidoppervlak = ECCRIENE
2) In de haarfolikel of haarzakje = APOCRIENE

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zweetklier
Geven zweet af via afvoerbuisje:

1)  Rechtstreeks aan het huidoppervlak = ECCRIENE
2) In de haarfolikel of haarzakje = APOCRIENE

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Talgklier 

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Talgklieren
Bouw van de talgklier:
  • Trosvormige klieren 
  • Afscheidend epitheelweefsel 
  • Exocriene klieren 
  • Vaak bij een haarzakje

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

                 Haar

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Het levende deel van je haar is de haarwortel, die in de haarfollikel in je hoofdhuid zit. Dit is waar de cellen actief groeien en nieuwe haar produceren.

Zodra het haar de hoofdhuid verlaat, is het eigenlijk niet langer levend. Het bestaat uit dode cellen

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Groeifase van     het haar 

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Haargroeifase
  1. Anagene fase = groeifase
  2. Katagene fase = overgangsfase
  3. Telogene fase = rustfase

Langste fase - anagene fase
  • 2 - 25 jaar
Kortste fase - katagene fase
  • enkele weken

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie kan mij op deze slide het haarspiertje aanduiden?
En waar zie je het haarspiertje hier?

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

doorsnede van de hoofdhuid 
Haarzakje = de laag die alles samen houdt ( kunnen ook meer dan 1 haartje inzitten )
Haarbol = waar het haar geboren wordt
Haarpapil= zorgt voor zuurstof
Haarwortel = zorgt voor de haargroei
Talgkliertje = talg , een vettige stof zorgt voor soepel haar

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn de haargroeifases in de goede volgorde?
A
Katagene fase Anagene fase Telogene fase
B
Telogene fase Katagene fase Anagene fase
C
Anagene fase Katagene fase Telogene fase
D
Kategene fase Telogene fase Anagene fase

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke haargroeifase duurt het langst?
A
anagene fase
B
katagene fase
C
telogene fase

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noemen we het afscheiden van nuttige stoffen door een klier?
A
Excretie
B
Incretie
C
Secretie

Slide 33 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noemen we klieren MET alleen een afvoerbuis?
A
endocriene klieren
B
endo-exocriene klieren
C
exocriene klieren

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Nagels
  • Dienen als bescherming
  • Nagel ligt op een nagelbed
  • Vanuit nagelwortel groeit nagel in lengte
  • Vanuit nagelbed groei nagel dikker

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nagelgroei
- Nagelcellen worden 'geboren' in de nagelmatrix
- In de nagelmatrix vindt de celdeling plaats en liggen bloedvaatjes die nagelcellen van zuurstof en voedingsstoffen voorzien en voeren afvalstoffen af. 
- Jonge nagelcellen in de nagelmatrix zijn nog zacht omdat ze nog niet verhoornd zijn, dit gebeurt tijdens de groei.
- Cellen van de nagelmatrix bevatten keratohyalinekorrels. 
- Die zorgen voor verhoorning (keratiniseren) 

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nagels
Vanuit de nagelwortel groeit de nagel in de lengte. 

Vanuit het nagelbed groeit de nagel dikker, doordat er hoorncellen afgezet worden.  

Slide 37 - Diapositive

Het bleke halve maantje aan het uiteinde van de nagel ontstaat door lucht onder de doorzichtige nagel.
Opdracht
1. ?

2. ?
3. ?
4. ?
5. ? 



Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat had je goed?
1. Vrije nagel

2. Nagelwal
3. Nagelriem
4. Halve maantje
5. Nagelrand 



Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions