Criminaliteit H1 t/m H6 (behalve H3)

1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
CriminaliteitHBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

H1. Criminologie: een terreinverkenning
De criminologie is de wetenschap die zich bezighoudt met de bestudering van de aard en achtergronden van menselijke gedragingen die door de wetgever zijn gesteld en van de wijze waarop de overheid en de overige maatschappij daarop reageert (Kaiser, 1988).

Slide 2 - Diapositive

Wat hoort bij elkaar?

Beschrijvende criminologie
Victimologie
Etiologie
Niet-commune criminaliteit
Penologie
Criminaliteits-preventie

Slide 3 - Question de remorquage

H2. Beschrijvende criminologie
Dit hoofdstuk draait vooral over het in het kaart brengen van de aard en omvang van criminaliteit.

Slide 4 - Diapositive

Welke 'middelen' kan een criminoloog inzetten om het dark figure zo klein mogelijk te maken?

Slide 5 - Question ouverte

Welke kritiek kun je geven op de cijfers uit een slachtoffer-, ofwel daderenqûete?

Slide 6 - Question ouverte

H4. Verklaringen voor criminaliteit: het psychologisch perspectief
Vanuit verschillende deelgebieden uit de psychologie worden verklaringen gezocht / gegeven voor anti-sociaal en crimineel gedrag.

Deelgebieden:
  • Persoonlijkheidspsychologie
  • Ontwikkelingspsychologie
  • Sociale psychologie
  • Leerpsychologie

Slide 7 - Diapositive

Wat hoort bij elkaar?
Leerpsychologie
Persoonlijkheids-psychologie
Sociale psycholigie
Ontwikkelings-psychologie

Slide 8 - Question de remorquage

H5. Het economisch en sociologisch perspectief
In dit hoofdstuk staan verklaringen voor crimineel gedrag centraal die zich richten op de keuze die mensen hebben en de invloed van de sociale omgeving. Denk bijv. aan de rationele-keuzetheorie, bindingstheorie, straintheorie en de labelingtheorie. 

Slide 9 - Diapositive

Welke begrip behoort op de puntjes ingevuld te worden?

.... stelt dat de eigen identiteit en het gedrag van individuen kan worden bepaald of beïnvloed door de termen die worden gebruikt om ze te beschrijven of te classificeren. Het wordt geassocieerd met de concepten van self-fulfilling prophecy en stereotypering . .... stelt dat deviantie niet inherent is aan een handeling, maar zich in plaats daarvan richt op de neiging van meerderheden om minderheden negatief te bestempelen of minderheden die worden gezien als afwijkend van standaard culturele normen .
A
De rationelekeuzetheorie
B
De strain theorie
C
De bindingstheorie
D
De labelingtheorie

Slide 10 - Quiz

In de bijgevoegde afbeelding worden manieren aangereikt om criminaliteit te bestrijden. Welke theorie ligt hieraan ten grondslag? Leg je antwoord uit.

Slide 11 - Question ouverte