5.4 Oplossen en controleren

WELKOM
Als je het lokaal binnenkomt, 
1. ga je gelijk op je plaats zitten 
2. telefoon uit en niet zichtbaar
3. geen spelletjes spelen op pad
4. spullen klaarleggen:
- rekenmachine
- potlood
1 / 40
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 1

Cette leçon contient 40 diapositives, avec diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

WELKOM
Als je het lokaal binnenkomt, 
1. ga je gelijk op je plaats zitten 
2. telefoon uit en niet zichtbaar
3. geen spelletjes spelen op pad
4. spullen klaarleggen:
- rekenmachine
- potlood

Slide 1 - Diapositive

Lesprogramma
  • Welkom (40 minuten rooster)
  • Herhaling par. 5.1 + 5.2 + 5.3
  • Instructie par. 5.4
  • Aan de slag: maken par. 5.4
  • Evaluatie

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Lien

Slide 4 - Vidéo

0

Slide 5 - Vidéo

Slide 6 - Vidéo

Slide 7 - Vidéo

Groeitips
  • Geloof dat je altijd beter in iets kan worden.
  • Heb het lef om uitdagingen aan te gaan.
  • Wees niet bang om fouten te maken.
  • Zet door als iets lastig is. 

Slide 8 - Diapositive

Lesprogramma
  • Welkom (40 minuten rooster)
  • Herhaling par. 5.1, 5.2 + 5.3
  • Instructie par. 5.4
  • Aan de slag: maken par. 5.4
  • Evaluatie

Slide 9 - Diapositive

Je tekent een stippellijn. 
Kan ook andersom: Welk bedrag hoort bij 4 weken?

Slide 10 - Diapositive

Controle met formule: 4 weken.
4 x 25 = 100

Slide 11 - Diapositive

Teken de grafiek bij een formule altijd met een geodriehoek: rechte lijn. 

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Formule
Een formule heeft twee variabelen.
(daar kun je willekeurige getallen invullen).

Bijvoorbeeld:
tijd  x 40 + 15 = bedrag      

tijd in uren
bedrag in euro's




Slide 14 - Diapositive

Formule

tijd  x 40 + 15 = bedrag      

aantal uren = 6

6 x 40 + 15 = 255

bedrag = 255 euro




Slide 15 - Diapositive

Formule anders schrijven

bedrag = tijd x 40 + 15      

ANDERE VORM:    ....... = bedrag
denk aan:        6 = 2 + 4          is hetzelfde als         2 + 4 = 6

tijd x 40 + 15 = bedrag




Slide 16 - Diapositive

Van formule naar pijlenketting
                   aantal mensen   =   aantal groepen     x 6    + 3 

  • Zorg eerst voor de vorm:    ......... = .........    (2 + 4 = 6)
       aantal groepen x 6 + 3  = aantal mensen
  • Maak een pijlenketting
       aantal groepen       x 6      ...    + 3       aantal mensen

Slide 17 - Diapositive

Van pijlenketting naar omgekeerde pijlenketting
                 
       aantal groepen       x 6      ...    + 3          aantal mensen

       aantal groepen       : 6       ...        - 3      aantal mensen

Blijft hetzelfde: VARIABELEN en GETALLEN.
Veranderen: PIJLEN DRAAIEN  en BEWERKINGEN WORDEN TEGENGESTELDE.

Slide 18 - Diapositive

Hoeveel groepen zijn er bij 63 mensen?
FORMULE:                                 aantal groepen x 6  + 3  = aantal mensen

PIJLENKETTING:                    aantal groepen       x 6      ...    + 3          aantal mensen

OMGEKEERDE:                                             10           : 6       ...        - 3              63
PIJLENKETTING

OPLOSSING:                              10 groepen
CONTROLE:                                10 x 6 + 3 = 63       KLOPT!




Slide 19 - Diapositive

Hoeveel groepen zijn er bij 105 mensen?
FORMULE:                                 aantal groepen x 6  + 3  = aantal mensen

PIJLENKETTING:                    aantal groepen       x 6      ...    + 3          aantal mensen

OMGEKEERDE:                                                           : 6       ...        - 3              ?
PIJLENKETTING

OPLOSSING:                              ? groepen
CONTROLE:                                ?  x 6 + 3 = 105       KLOPT!




Slide 20 - Diapositive

Vergelijking 
Een vergelijking is een formule waarbij op de plaats van de uitkomst een getal is ingevuld. 
Let op!
- Een vergelijking heeft één variabele (IN-GETAL). 
- De uitkomst komt altijd na het = teken.
- De uitkomst staat altijd in de tekst. 

Slide 21 - Diapositive

Lesprogramma
  • Welkom (40 minuten rooster)
  • Herhaling par. 5.1 + 5.2 + 5.3
  • Instructie par. 5.4 
  • Aan de slag: maken par. 5.4
  • Evaluatie

Slide 22 - Diapositive

Leerdoelen par. 5.4

Slide 23 - Diapositive

Lesprogramma
  • Welkom (40 minuten rooster)
  • Herhaling par. 5.1, 5.2 + 5.3
  • Instructie par. 5.4
  • Aan de slag: maken par. 5.4
  • Evaluatie

Slide 24 - Diapositive

Instructie

Par. 5.3
VERGELIJKINGEN EN OPLOSSING

Maak aantekeningen op je werkblad.

Slide 25 - Diapositive

Het oplossen van een vergelijking.
- Schrijf de vergelijking op en volg dan de volgende stappen.
1. Maak een pijlenketting.
2. Maak een omgekeerde pijlenketting.
3. Schrijf de oplossing van de vergelijking op.
4. Controleer de oplossing (met de vergelijking).

Slide 26 - Diapositive

Voorbeeld:
Bij het verkopen van cupcakes op de vrijmarkt hoort de formule 

aantal x 1,50 - 25 = winst

De winst is 20 euro.
Hoeveel cupcakes zijn er verkocht? 

Volg de stappen. 
- Schrijf de vergelijking op en volg dan de volgende stappen.
1. Maak een pijlenketting.
2. Maak een omgekeerde pijlenketting.
3. Schrijf de oplossing van de vergelijking op.
4. Controleer de oplossing (met de vergelijking).

Slide 27 - Diapositive

Voorbeeld:
Bij het verkopen van cupcakes op de vrijmarkt hoort de formule 

aantal x 1,50 - 25 = winst

De winst is 20 euro.
Hoeveel cupcakes zijn er verkocht? 

Volg de stappen. 
Vergelijking: 
aantal x 1,50 - 25 = 20
1. Pijlenketting:
aantal     x 1,50 ...  - 25     20
2. Omgekeerde pijlenketting
30            1,50 ... + 25        20
3. Oplossing
30 cupcakes
4. Controle
30 x 1,50 - 25 = 20 Klopt!


Slide 28 - Diapositive

Los de vergelijkingen op. 

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

De 4 stappen voor het oplossen 
van een vergelijking 

  1. Maak bij de vergelijking een pijlenketting.  
  2. Maak de omgekeerde pijlenketting. 
  3. Bereken de oplossing van de vergelijking; reken hiervoor terug met de omgekeerde pijlenketting. 
  4. Controleer de oplossing met de formule. 

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Lien

Lesprogramma
  • Welkom 
  • Herhaling par. 5.1, 5.2 + 5.3
  • Instructie par. 5.4
  • Aan de slag: maken par. 5.4
  • Evaluatie

Slide 33 - Diapositive

             ZELFSTANDIG WERKEN
GROEP 1: zelfstandig 
  • begrijpen de lesstof 
  • willen graag  zelfstandig aan de  gang                    GROEP 2: extra instructie
  • leerlingen die graag samen starten/werken en/of extra instructie willen.

AAN DE SLAG


Werkblad afmaken: 

par. 5.4  opgave 17 t/m 20

+

Nakijken


Klaar?

- Maken oefentoets





Slide 34 - Diapositive

AAN DE SLAG 
Maken op de Ipad:
- Par. 4.4
- Handtekening + score op werkwijzer noteren

Klaar? 
- Voorkennis maken

Slide 35 - Diapositive

timer
20:00

Slide 36 - Diapositive

Lesprogramma
  • Welkom
  • Herhaling par. 5.1, 5.2 + 5.3
  • Instructie par. 5.4
  • Aan de slag: maken par. 5.4
  • Evaluatie

Slide 37 - Diapositive

Evaluatie
  • leerdoelen bereikt?
  • werkhouding?      

Slide 38 - Diapositive

Leerdoelen par. 5.3 bereikt?

Slide 39 - Diapositive

Slide 40 - Lien