3TL/3C les 27 hoofdstuk 3 woordjes/uitleg der-Gruppe ontl en vz 3e nv

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

les 27 klas 3 TL

Unterwegs

Kapitel 3

doelen

• je leert woorden over vervoer en vervoersmiddelen
• je kunt de lidwoorden van de der-Gruppe toepassen
• kent de voorzetsels met een derde naamval

create.kahoot.it

naamvallen, hoe ook alweer?

Je ontleed de zin en kijkt welke zinsdelen in de zin zitten:

- onderwerp -> 1e naamval

- meew. voorwerp -> 3e naamval

- lijdend voorwerp -> 4e naamval

oefenzinnen ontleden

D______Frau bringt d______ Tochter (v) d_____ Hund (m)

D____ Kind hat sein____ Mutter d_____ Blumen gekauft.

D____ Nachbarn machen d_____ Oma ein____ Kuchen (m)

D_____ Junge hat sein____ Vater nicht gehört.

 Mein____ Mutter ging zu d_____ Arzt. 

lidwoorden en voorzetsels 

Je hebt geleerd dat er meer lidwoorden zijn dan 

der - die - das - die.

Deze veranderen onder andere de functie van een zinsdeel in de zin -> ond / lv / mw

MAAR.........

Als er een voorzetsel in de zin staat bepaalt deze nog eerder dan het ontleden welk lidwoord je moet gebruiken. 

Nu zijn er verschillende voorzetsels in het Duits :) 

voorzetsels 3e naamval

D	NL
aus	uit
bei	bij
mit	met
nach	naar
seit	sinds

D	NL
von	van/door
zu	naar (persoon)
außer	behalve
gegenüber	tegenover
entgegen	tegemoet

Voorzetsels 3e naamval

voorzetsels 3e naamval

aus - bei - mit - nach

seit - von - zu

außer - gegenüber

entgegen

even oefenen

D_____ Mann steht bei d____ Baum (m).

D___ Pferd (o) ist mit d_____ Mädchen eine schönen Kombination

Außer mein_____ Bruder kenne ich niemand.

Ich wohne gegenüber d_____ Schule.

Ich gehe zu d_____ Artz.

Ich fahre nach d_____ Sportschule.

Hausaufgaben 15. Januar

- leren: woordjes blz. 128 en 129

- leren: aantekeningen