Unit 4 Lesson 4

• Engels
• Middelbare school
• vmbo t, mavo
• Leerjaar 3

English

T2

Planning

1. Lessonaims check + recap

2. Listening Check

3. Grammar: This, that, ...

4. Practise 

5. Newsround

6. Vocab Check

Lessonaims Check

Ik weet wat een 'gerund' is en hoe ik deze kan maken.

1. 0-25%
2. 25-50%
3. 50-75%
4. 75-100%

Je mag een Gerund (ww + ing) gebruiken na

1. eat
2. work
3. like
4. play

Achter welke werkwoorden mag je een Gerund (ww + ing) gebruiken?

Gerund

Geen gerund

like

start

plan

walk

learn

hate

finish

promise

prefer

show

love

stop

Ik ken de woordjes van Unit 4, lesson 1 t/m 3

1. 0-25%
2. 25-50%
3. 50-75%
4. 75-100%

Ik kan de aanwijzende voornaamwoorden (this, those, etc.) correct toepassen.

1. 0 - 25%
2. 25 - 50%
3. 50 - 75%
4. 75 - 100%

Listening check - opdr. 22 + 24

Huiswerk: 

Unit 4, lesson 2, opdr. 10 t/m 14, + 16

Samen checken

12, 13a

This/that/these/those

Aanwijzende voornaamwoorden

Aanwijzende voornaamwoorden

This

That

These

Those

Dichtbij: ... dress

1. this
2. that
3. these
4. those

Ver weg: ... dresses

1. this
2. that
3. these
4. those

Use: this, these, that, those:

I want ... books over there.

1. this
2. these
3. that
4. those

Use: this, that, these, those

... colours look beautiful on you!

1. This
2. That
3. These
4. Those

Use: this, that, these, those

... is your pen over there on the desk.
... is my pen here

1. This, This
2. That, That
3. This, That
4. That, This

Use: this, that, these, those

... balloons here are nicer than ... ones over there.

1. Those, these
2. These, those
3. This, that
4. That, this

Use: this, these, that, those:

I want .... books over there.

1. this
2. these
3. that
4. those

Extra oefenen met 

de aanwijzende voornaamwoorden?

Klik hier om  meer te oefenen met de aanwijzende voornaamwoorden.

Done? 

Get started with your homework

Mk: Unit 4.4, opdr. 29 t/m 31, 33, 34 & 36

Lr: Words Unit 4, lesson 3 + 4

Aan de slag!

Samen vs. alleen

Huiswerk: 

Mk: Unit 4.4, opdr. 29 t/m 31, 33, 34 & 36

Klaar?

Extra oefenen: Practise more (online)

Uitdaging: Get Ahead (boek/online)

https:

Vocab Check

Lessonaims Check

Ik weet wat een 'gerund' is en hoe ik deze kan maken.

1. 0-25%
2. 25-50%
3. 50-75%
4. 75-100%

Ik ken de woordjes van Unit 4, lesson 1 t/m 3

1. 0-25%
2. 25-50%
3. 50-75%
4. 75-100%

Ik kan de aanwijzende voornaamwoorden (this, those, etc.) correct toepassen.

1. 0 - 25%
2. 25 - 50%
3. 50 - 75%
4. 75 - 100%