Lesson 4

Welcome to Lesson up 
1 / 47
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 47 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welcome to Lesson up 

Slide 1 - Diapositive

PLANNING
- Reading
- Vocabulary
- Speaking

Slide 2 - Diapositive

TASK B: What do you know about lies (leugens)? In English.

Slide 3 - Carte mentale

TASK B: READING
Ga naar Magister en ga naar de studiewijzer "Leerjaar 2: Engels onderwijs op afstand".
Open TASK B: The Best Liar.
De opdrachten staan op de volgende dia's.

Slide 4 - Diapositive

Engelsen gaan binnenkort op een kameel naar hun werk.
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quiz

Bij deze wedstrijd moet je een sterk verhaal vertellen.
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quiz

Will Ritson was eigenaar van een herberg in Wasdale.
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quiz

Alle verhalen die Will Ritson vertelde, waren echt gebeurd.
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quiz

Wasdale was een onbekend plaatsje in Engeland.
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quiz

Will Ritson heeft dit jaar de wedstrijd gewonnen.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

Mikes verhaal ging over mensen met vreemde huisdieren.
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quiz

Schrijf nu 5 woorden op die je niet begrijpt, en zoek op wat het woord betekent.

Slide 12 - Question ouverte

TASK C: What do you know about lies (leugens)? In English.

Slide 13 - Carte mentale

TASK C: READING
Ga naar Magister en ga naar de studiewijzer "Leerjaar 2: Engels onderwijs op afstand".
Open TASK C: World's Biggest Liar.
De opdrachten staan op de volgende dia's.

Slide 14 - Diapositive

Vul de ontbrekende woorden in.
1. Wasdale is known for having England's deepest ______, the highest ______ and the smallest ______.

Slide 15 - Question ouverte

Vul het ontbrekende woord in.
2. Will Ritson made Wasdale even more famous by becoming the biggest ______.

Slide 16 - Question ouverte

Vul de ontbrekende woorden in.
3. Nowadays, a contest is held each ______ in the month of ______ in Will's honour.

Slide 17 - Question ouverte

Vul het ontbrekende woord in.
4. The ______ of the contest becomes the world's biggest liar.

Slide 18 - Question ouverte

Vul het ontbrekende woord in.
5. Each contestant gets a maximum of five ______ to tell his lie.

Slide 19 - Question ouverte

Vul het ontbrekende woord in.
6. Journalists and ______ are not allowed to enter the competition.

Slide 20 - Question ouverte

Vul het ontbrekende woord in.
7. Before 2006 the contest had never been won by a ______.

Slide 21 - Question ouverte

Schrijf nu 5 woorden op die je niet begrijpt, en zoek op wat het woord betekent.

Slide 22 - Question ouverte

TASK D: What do you know about Manchester United? In English.

Slide 23 - Carte mentale

TASK D: READING
Ga naar Magister en ga naar de studiewijzer "Leerjaar 2: Engels onderwijs op afstand".
Open TASK D: The Legendary Manchester United.
De opdrachten staan op de volgende dia.

Slide 24 - Diapositive

Verbindt de onderwerpen met de alineanummers.
De club is niet alleen bezig met voetbal.
De club is opgericht door spoorwerkers
Manchester United heeft enorm veel fans.
De club won het vaakst toen Ferguson manager was.
Door een ongeluk kreeg de club ineens veel aandacht.
Het is belangrijk dat voetballers plezier hebben in hun werk.

Slide 25 - Question de remorquage

Schrijf nu 5 woorden op die je niet begrijpt, en zoek op wat het woord betekent.

Slide 26 - Question ouverte

TASK A: VOCABULARY
Welke bal hoort bij welke sport?
Baseball
Basketball
Tennis
Volleyball
Football
Rugby

Slide 27 - Question de remorquage

Welke sport hoort bij welk poppetje?
Judo
Running
Arching
Weight lifting
Horse riding
Cycling
Golf

Slide 28 - Question de remorquage

TASK B: VOCABULARY
Vertaal het woord tussen haakjes.
1. The (squad) had lots of practice and won.

Slide 29 - Question ouverte

Vertaal het woord tussen haakjes.
2. The (referee) has the last word.

Slide 30 - Question ouverte

Vertaal het woord tussen haakjes.
3. I'd like to (enter) the contest.

Slide 31 - Question ouverte

Vertaal het woord tussen haakjes.
4. Phil is a very good (player).

Slide 32 - Question ouverte

Vertaal het woord tussen haakjes.
5. My appartment is (on top of) the building.

Slide 33 - Question ouverte

TASK C: VOCABULARY
Choose the correct answer.
1. The winning team proudly showed their fans the ______
A
cup
B
point

Slide 34 - Quiz

Choose the correct answer.
2. We are here to ______ our national team.
A
break
B
support

Slide 35 - Quiz

Choose the correct answer.
3. At which ______ do you play?
A
career
B
level

Slide 36 - Quiz

Choose the correct answer.
4. ______ year we will participate in the World Championships.
A
during
B
next

Slide 37 - Quiz

Choose the correct answer.
5. Children must be accompanied by an ______.
A
adult
B
advanced

Slide 38 - Quiz

TASK D: VOCABULARY
Translate the words and fill in. Choose from: demonstratie, kampioenschap, modderig, opgeven, toestemming, verantwoordelijk, vuil, weigeren.
1. I ______ to say that I cheated. I really didn't do it.

Slide 39 - Question ouverte

Translate the words and fill in. Choose from: demonstratie, kampioenschap, modderig, opgeven, toestemming, verantwoordelijk, vuil, weigeren.
2. My neighbour was ______ for the fire in his house.

Slide 40 - Question ouverte

Translate the words and fill in. Choose from: demonstratie, kampioenschap, modderig, opgeven, toestemming, verantwoordelijk, vuil, weigeren.
3. I would have liked to see England win the ______

Slide 41 - Question ouverte

Translate the words and fill in. Choose from: demonstratie, kampioenschap, modderig, opgeven, toestemming, verantwoordelijk, vuil, weigeren.
4. It is always hard to get the ______ off my clothes after a game.

Slide 42 - Question ouverte

Translate the words and fill in. Choose from: demonstratie, kampioenschap, modderig, opgeven, toestemming, verantwoordelijk, vuil, weigeren.
5. After a tough match we had to ______

Slide 43 - Question ouverte

TASK B: SPEAKING
Wat is jouw favoriete sport? 
Maak een filmpje of een geluidsopname waarin je minimaal 1 minuut vertelt over je favoriete sport. Gebruik hiervoor de tekst die je hebt gelezen! Je kunt ook kijken naar de stones uit theme 4. 
Vertel in het filmpje:
1. Wat je favoriete sport is.
2. Waarom het je favoriete sport is.
Lever je filmpje of geluidsopname in bij ELO-opdrachten in Magister.
(Lesson 4 - Engels spreekopdracht favourite sport)

Slide 44 - Diapositive

TASK C: SPEAKING
What is your favourite sport?
Make a video or audio recording where you talk about your favourite sport for at least 1 minute. You can use the text you read for this! You can also have a look at the stones of theme 4.
Talk about:
1. What your favourite sport is.
2. Why it is your favourite sport.
3. Which famous players you like from this sport.
Lever je filmpje of geluidsopname in bij ELO-opdrachten in Magister.
(Lesson 4 - Engels spreekopdracht favourite sport)

Slide 45 - Diapositive

TASK D: SPEAKING
What is your favourite sport?
Make a video or audio recording where you talk about your favourite sport for at least 1 minute. You can use the text you read for this! You can also have a look at the stones of theme 4.
Talk about:
1. What your favourite sport is.
2. Why it is your favourite sport.
3. Which famous players you like from this sport.
4. How the sport works.
Lever je filmpje of geluidsopname in bij ELO-opdrachten in Magister.
(Lesson 4 - Engels spreekopdracht favourite sport)

Slide 46 - Diapositive

End of lesson 4. Questions? 
Vraag dit aan je docent tijdens het contactuur Engels of stuur een berichtje op magister!

Slide 47 - Diapositive