Administratie hst 3 paragraaf 3.4 en 3.5 Inrichting boekhouding

3.4 en 3.5 Inrichting boekhouding en boekstukken verwerken

hst 3 Boekstukken verwerken
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
Economie & OndernemenMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

3.4 en 3.5 Inrichting boekhouding en boekstukken verwerken

hst 3 Boekstukken verwerken

Slide 1 - Diapositive

Even herhalen H3.1 t/m H3.3

Slide 2 - Diapositive

Bezittingen
Bezittingen zijn zaken die van het bedrijf zijn. 
Je kunt deze onderverdelen in de volgende groepen:
1. Gebouwen                             2. Inventaris           3. Voorraad                    4. Kas               5. Bank
6. Debiteuren              7. Te vorderen BTW

Slide 3 - Diapositive

Schulden/vreemd vermogen
Een bedrijf heeft een schuld wanneer een persoon of instelling nog geld van het bedrijf krijgt.
In een bedrijf noemen we deze schuld ook wel vreemd vermogen
Hieronder staan de verschillende voorbeelden van vreemd vermogen:

1. Hypotheek                        2. Lening                           3. Crediteuren                    4. Te betalen BTW

Slide 4 - Diapositive

Soorten boekingsstukken

Slide 5 - Diapositive

Boekingsnummer (uniek)
  • K = kasstukken
  • B = Bankstukken
  • IF = inkoopfactuur
  • VF = verkoopfactuur
  • DP = diverse posten

Slide 6 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je leert wat een grootboekrekening is.
  •  Je leert wat een rekenschema is. (grootboeknummers)
  • Je leert hoe je boekstukken moet verwerken

Slide 7 - Diapositive

Grootboekrekening
In de boekhouding hebben alle groepen bezittingen en schulden een eigen grootboekrekening

Een grootboekrekening is een formulier waarop de veranderingen in de waarde van het bezit of de schuld bijgehouden worden. 

Slide 8 - Diapositive

Rekenschema

Slide 9 - Diapositive

Boekstukken verwerken
 In een dagboek worden boekingsstukken van hetzelfde soort verwerkt. 
We kennen deze 5 dagboeken:

  1. Kasboek, voor de kasstukken
  2. Bankboek, voor de bankstukken
  3. Inkoopboek, voor de inkoopfacturen
  4. Verkoopboek, voor de verkoopfacturen
  5. Diverse postenboek, voor de diverse posten.


Slide 10 - Diapositive

Verkoopfactuur
verkoopboek

  • debiteuren
  • te betalen btw
  • omzet
  • inkoopwaarde van de omzet
  • voorraad 

Slide 11 - Diapositive

Inkoopfactuur
Inkoopboek

  • crediteuren
  • voorraad
  • te vorderen btw 

Slide 12 - Diapositive

Inkoopfactuur
Inkoopboek

  • verkoopkosten
  • te vorderen btw
  • crediteuren

Slide 13 - Diapositive

Wat is het verschil tussen de laatste twee inkoopfacturen

Slide 14 - Carte mentale

Kassabon
kasboek

  • administratiekosten
  • te vorderen btw
  • kas

Slide 15 - Diapositive

kassabon
kasboek;

  • kas
  • te betalen btw
  • omzet
  • inkoopwaarde van de omzet
  • voorraad

Slide 16 - Diapositive

Wat is het verschil tussen de twee kasboeken

Slide 17 - Carte mentale

Bankafschrift
Bankboek

  • Crediteuren
  • Bank


(zie inkoopfac. Domi dia 7)


Slide 18 - Diapositive

Bankafschrift
Bankboek

  • Bank
  • Debiteuren


(zie verkoopfac dia 6) 

Slide 19 - Diapositive

Aan de slag!
  • Administratie H3.4 + H3.5 + H3.6
  • Opdracht 3D 1 t/m 6
  • H3.7 Weet je het nu?
timer
20:00

Slide 20 - Diapositive