5.7 Maatschappelijke positie

1 / 51
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

Cette leçon contient 51 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Een stereotype is een overdreven beeld van een groep mensen.
Is deze uitspraak is

A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een vooroordeel?
A
Je weet dat een buurjongen wel eens iets gestolen heeft.
B
Je vindt het goed dat je buurjongen keiharde muziek draait.
C
Je zegt dat je ouders jou té strenge regels opleggen.
D
Je denkt dat je neef wel eens stiekem blowt.

Slide 5 - Quiz

Zijn de uitspraken een vooroordeel of stereotype?
1. “Jongeren zonder bijbaantje zullen wel lui en verwend zijn.”
2. “Benny zal wel arm zijn, want zijn ouders hebben geen auto.”

A
1 is een vooroordeel, 2 is een stereotype.
B
1 en 2 zijn vooroordelen.
C
1 is een stereotype, 2 is een vooroordeel.
D
1 en 2 zijn stereotypen.

Slide 6 - Quiz

De Marokkaan Hakim wil leraar worden op een basisschool. Hij heeft zijn diploma al gehaald. Toch kan hij geen werk vinden.

Welke reden is het meest waarschijnlijk?
A
Marokkanen weten niet goed hoe ze werk moeten vinden.
B
Hakim heeft een grote taalachterstand.
C
Hij integreert nauwelijks
D
Hij wordt gediscrimineerd.

Slide 7 - Quiz

Mensen worden om verschillende redenen gediscrimineerd. Noem twee redenen

Slide 8 - Question ouverte

Waarden zijn:
A
alles wat mensen belangrijk vinden in het leven.
B
de gedragsregels die belangrijk zijn in Nederland.
C
regels over hoe je je moeten gedragen.
D
belangen die alle Nederlanders delen.

Slide 9 - Quiz

Cultuur blijft altijd hetzelfde.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quiz

Je bent een ... als jijzelf en allebei je ouders in Nederland zijn geboren.

Slide 11 - Question ouverte

Leg in je eigen woorden uit wat internalisatie betekent.

Slide 12 - Question ouverte

Als Stef naar Ierland verhuist voor zijn vriendin,dan is hij voor ons een...
A
Immigrant
B
Emigrant

Slide 13 - Quiz

Uit hoeveel eilanden bestaan de Nederlandse Antillen?
A
3
B
4
C
5
D
6

Slide 14 - Quiz

Niet aanpassen, maar afzonderen. 
Chinatown
Turken
Deels aanpassen, maar ook eigen cultuur behouden. 
Volledig aanpassen aan de cultuur waar je gaat wonen. 

Slide 15 - Question de remorquage

Wanneer culturen zich aan elkaar aanpassen is er sprake van...
A
Assimilatie
B
Integratie
C
Segregatie

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Diapositive

Nederland
Suriname
Antillen
Indonesië

Slide 18 - Question de remorquage

Koning Willem Alexander zijn vader is geboren in Duitsland. Hij is iemand met een...
A
Nederlandse achtergrond
B
Migratie achtergrond

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Slide 22 - Diapositive

Wat is een maatschappelijke positie?

Slide 23 - Question ouverte

Een rechter heeft een hogere maatschappelijke positie dan een leraar.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quiz

Een vakkenvuller heeft een lagere positie dan een leraar
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Vidéo

Slide 32 - Diapositive

Jongeren met een migratie-achtergrond zijn vaker laag opgeleid door: (twee antwoorden zijn goed)
A
Slechte scholen
B
Taalachterstand
C
Laag opgeleide ouders
D
Discriminatie

Slide 33 - Quiz

Hoe meer je verdient, hoe beter je maatschappelijke positie is.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 34 - Quiz

Wesley is 18 en heeft zijn vmbo basis diploma.
Hij wil gaan stoppen met school en gaat werken in de garage van zijn vader.
A
Dit mag volgens de wet, want hij is 18
B
Dit mag want hij heeft een diploma
C
Dit mag niet, want hij moet minimaal mbo niveau 2.
D
Dit mag niet, want hij moet minimaal mbo niveau 3.

Slide 35 - Quiz

Met een vmbo kader diploma kan je altijd gelijk door naar mbo niveau 4.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 36 - Quiz

Met een vmbo tl diploma kan je naar havo.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 37 - Quiz

Je kan naar de universiteit met een....diploma.
A
vmbo tl
B
havo
C
vwo

Slide 38 - Quiz

Slide 39 - Diapositive

Slide 40 - Diapositive

Slide 41 - Diapositive

Noem twee oorzaken waarom mensen met een migratie-achtergrond moeilijker aan een baan komen.

Slide 42 - Question ouverte

Slide 43 - Diapositive

Slide 44 - Diapositive

Slide 45 - Vidéo

Mensen met een migratie-achtergrond wonen vaker in flats.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 46 - Quiz

Slide 47 - Vidéo

Slide 48 - Diapositive

Je maatschappelijke positie wordt bepaald door je opleiding. Noem de twee andere factoren.

Slide 49 - Question ouverte

Slide 50 - Diapositive

Slide 51 - Diapositive