De stof van vandaag moet je overmorgen in het PO toepassen.
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3
Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
Éléments de cette leçon
§6.5 Rekenen aan lenzen
Lesplanning:
Uitleg lenssterkte
Maken opgave 54, 65ab en 66abc
Uitleg lenzenformule
Maken opgave 58 t/m 66
De stof van vandaag moet je overmorgen in het PO toepassen.
Slide 1 - Diapositive
Lenssterkte
Een kleine brandpuntsafstand is een sterke lens.
Een grote brandpuntafstand is een zwakke lens.
Slide 2 - Diapositive
Lenssterkte
Slide 3 - Diapositive
Hoe reken je met lenssterkte
Brandpuntsafstand altijd in meter !!!
S = +2 dpt, dan is f = 0,5 m = 50 cm
Bolle lens: S is positief, holle lens S is negatief.
S(dpt)=f(m)1
Slide 4 - Diapositive
Voorbeeldopgave
Een leesbril heeft een brandpuntsafstand van 33 cm. Bereken de lensterkte.
Gegeven: f = 33 cm = 0,33 m. Want f moet altijd in meters!!
Gevraagd: S = ... dpt
Oplossing:
S = 1 / f
S = 1 / 0,33 = 3,0
Antwoord: S = + 3,0 dpt
Slide 5 - Diapositive
De brandpuntsafstand van onze ooglens is 16 mm. Bereken de sterkte van onze lens.
Slide 6 - Question ouverte
Opgave 61ab
Slide 7 - Diapositive
Aan de slag
In je schrift maken en nakijken
§6.5 opgave 54 en 65ab
timer
10:00
Klaar: ga verder met 58 t/m 66.
Slide 8 - Diapositive
Lenzenformule
f = brandpuntsafstand
v = voorwerpafstand
b = beeldafstand
f1=v1+b1
Slide 9 - Diapositive
De lenzenformule omschrijven
f1=v1+b1
v1=f1−b1
b1=f1−v1
Slide 10 - Diapositive
Voorbeeldopgave 1
40 cm achter de lens wordt een scherp beeld geprojecteerd. Het voorwerp staat op 1,0 m voor de lens. Bereken de brandpuntsafstand van de lens.
Slide 11 - Diapositive
Voorbeeldopgave 2
Stel we hebben een lens met een lenssterkte van 30 dpt. De voorwerpafstand is 8 cm. Hoe groot is de afstand waarop we het scherm moeten plaatsen zodat we een scherp beeld zien.
Slide 12 - Diapositive
Een projectielens van de beamer heeft een brandpuntsafstand van 15,0 cm. De afstand tussen de lens en de muur is 4,35 m. Bereken de voorwerpsafstand.
f1=v1+b1
[?]1=[?]1+v1
v1=151−4351
v = cm
15
4,35
435
15,5
6,43
0,155
0,643
+
-
:
x
Slide 13 - Question de remorquage
Een voorwerp staat 50 cm voor een lens met een sterkte van 2,4 dpt. Achter de lens ontstaat op een scherm een scherp beeld. Bereken op welke afstand (in meter) dit scherpe beeld ontstaat.
Slide 14 - Question ouverte
Aan de slag
In je schrift maken en nakijken
§6.5 opgave 58 t/m 65
Opgave 61, 65 en 66 heb je als het goed is al af.
Slide 15 - Diapositive
Rangschikken
Ga op volgorde staan van grootste naar kleinste beeldafstand.