Les 8 H5- Spelling persoonsvorm in samengestelde zinnen

Spelling H5: PV 
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Spelling H5: PV 

Slide 1 - Diapositive

Huiswerk nakijken
Opdracht 2, blz. 155

Slide 2 - Diapositive

Lesdoel
Je herkent de persoonsvorm(en) in een zin.
Je kunt deze persoonsvormen correct spellen.

Slide 3 - Diapositive

Op het schoolplein dansten de leerlingen tot laat in de avond.
Lees onderstaande zin.
Wat gebeurt er met de persoonsvorm
als je de zin vragend maakt?

Slide 4 - Carte mentale

De scooter van Isam werd gestolen, toen hij een broodje kocht.
Lees onderstaande zin.
Wat gebeurt er met de persoonsvorm
als je de zin vragend maakt?

Slide 5 - Carte mentale

  • In hoofdstuk 5 spelling leer je dat een zin meerdere persoonsvormen kan hebben. 
  • Een enkelvoudige zin is een zin met één persoonsvorm
  • Voorbeeld: Op het schoolplein dansten (pv) de leerlingen tot laat in de avond.
  • Een samengestelde zin is een zin met meer persoonsvormen.
  • Voorbeeld: De scooter van Isam werd (pv) gestolen, toen hij een broodje kocht (pv).

Slide 6 - Diapositive

Zo vind je de persoonsvormen in samengestelde zinnen.
  • Probeer alle werkwoorden van tijd te veranderen. De werkwoorden waarbij dat kan, zijn persoonsvormen, de andere werkwoorden zijn infinitief (hele werkwoord), voltooid deelwoord of onvoltooid deelwoord.
  • Dus de zin vragend maken is geen goed idee! Je vindt dan maar één persoonsvorm.

Slide 7 - Diapositive

Een voorbeeld
  • De gemeenteraad heeft besloten dat de kleine dorpsschool wordt opgeheven als het leerlingenaantal nog verder zal teruglopen.
  • – De gemeenteraad had besloten dat de kleine dorpsschool werd opgeheven als het leerlingenaantal nog verder zou teruglopen.
  • De werkwoorden heeft, wordt en zal kun je van tijd veranderen en zijn dus persoonsvormen.
  • Besloten, opgeheven en teruglopen kun je niet van tijd veranderen en zijn dus geen persoonsvormen: besloten en opgeheven zijn voltooide deelwoorden en teruglopen is een infinitief.

Slide 8 - Diapositive

Aan de slag
Je maakt opdracht 1 t/m 4 (blz. 156)

15 min werk je in stilte

Klaar? Lees verder in je leesboek

Slide 9 - Diapositive

Samen oefenen

Slide 10 - Diapositive

Hoeveel persoonsvormen staan er in onderstaande zin?
Door het donkere bos liepen vreemde, groen geverfde mannetjes.
A
1
B
2
C
3

Slide 11 - Quiz

Hoeveel persoonsvormen staan er in onderstaande zin?
Wil je een ijsje of wil je een kaassoufflé?
A
1
B
2
C
3

Slide 12 - Quiz

Hoeveel persoonsvormen staan er in onderstaande zin?
Heb je het appje dat Floris gestuurd heeft, wel gelezen?
A
1
B
2
C
3

Slide 13 - Quiz

Hoeveel persoonsvormen staan er in onderstaande zin?
Max' boodschap kun je niet verkeerd hebben begrepen, want die was erg duidelijk!
A
1
B
2
C
3

Slide 14 - Quiz

Hoeveel persoonsvormen staan er in onderstaande zin?
Het kaassouffleetje dat ik gisteren at, was niet echt lekker, doordat het niet gaar was.
A
1
B
2
C
3

Slide 15 - Quiz

Hoeveel persoonsvormen staan er in onderstaande zin?
Als je hard leert, ga je over naar de derde en dan krijg je een nieuwe spelcomputer.
A
1
B
2
C
3

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Lien