Decubitus

Decubitus
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

Decubitus

Slide 1 - Diapositive

Wat is decubitus?
A
Een beschadiging van de huid die ontstaat door langdurige druk
B
Een beschadiging van de huid die ontstaat door schuifkracht
C
Een beschadiging van de huid die ontstaat door combinatie van langdurige druk en schuifkracht
D
Niet wegdrukbare roodheid

Slide 2 - Quiz

Wat zijn bij bedlegerige clienten de 2 plaatsen waar decubitus het meest vorokomt?
A
Stuit en hielen
B
Stuit en schouders
C
Schouders en hielen
D
Oorlel en hielen

Slide 3 - Quiz

Wat is de belangrijkste oorzaak voor het ontstaan van decubitus op een specifieke plaats?
A
Diabetes
B
Eiwittekort in de voeding
C
Te hoge druk op de huid
D
Weinig beweging

Slide 4 - Quiz

Er zit een rode niet wegdrukbare plek op de hiel van een client. Wat doe je?

1. hiel vrij leggen
2. katoenen sokken aantrekken
3. schapenvacht eronder
Massage en antidecubitus crème

A
1 is juist
B
2 en 3 zijn juis
C
1 en 4 zijn juist
D
4 is juist

Slide 5 - Quiz

Welke groep clienten loopt het meeste risico op het ontwikkelen van decubitus?
A
mensen die bed- of rolstoelgebonden zijn en weinig bewegen
B
mensen met een slechte algemene conditie
C
ouderen
D
te dikke mensen

Slide 6 - Quiz

Hoe onderscheid je smetten van decubitus?
A
decubitus ontstaat door druk- en schuifkrachten, smetten alleen door vocht bij huid op huidcontact
B
smetten is niet rood, decubitus wel
C
decubitus is niet rood, smette wel
D
er is geen verschil

Slide 7 - Quiz

Het risico op decubitus neemt toe als iemand koorts heeft
A
juist
B
niet juis

Slide 8 - Quiz

Wat is de beste preventieve maatregel?
A
risicoscorelijst invullen en aanvullende voeding
B
collega's informeren en protocol in dossier
C
clientfolder geven over decubitus en mantelzorger informeren
D
Dagelijks huidinspectie en druk opheffen

Slide 9 - Quiz

Niet zinvolle maatregelen zijn:
A
massage en antidecubituscrème
B
inpakken van hielen en gebruiken schapenvacht
C
ijzen en fohnen
D
alle hierboven genoemde

Slide 10 - Quiz