Duurzame energie wordt ook wel groene energie genoemd. Van deze energie hebben we een onbeperkte hoeveelheid en het kan dus nooit opraken. Ook is het opwekken niet slecht voor het milieu.
Zon
Wind
Water
Slide 31 - Diapositive
Zon
Energie die gemaakt is van het licht van de zon.
Zonnepanelen
Voordelen: geld besparend, beter voor het milieu, het is er (bijna) altijd
Nadeel: hoge aanschafkosten ( het is duur)
Pas na 2 jaar winst in C02 uitstoot
Slide 32 - Diapositive
Wind
Door het draaien van de wieken van de windmolens.
Voordelen: milieuvriendelijk, raakt nooit op.
Nadelen: bouwen kost veel geld, maakt veel geluid, het is duurder dan gewone niet duurzame energie.
6 maanden draaien om CO2 winst te behalen
Slide 33 - Diapositive
Water
Energie die vrijkomt uit waterkracht
Waterkracht centrales --> stuwen, generator en hoogspanningsmasten.
Voordelen: schoon, veel energie, niet afhankelijk van weer
Nadelen: verandering leefomgeving planten en dieren, bouwen is duur
Slide 34 - Diapositive
Slide 35 - Vidéo
Wat is duurzame energie?
Slide 36 - Question ouverte
Wat is GEEN duurzame energiebron?
A
Zonne-energie
B
Kernenergie
C
Waterkracht
D
Windenergie
Slide 37 - Quiz
QUIZ!!!
Je gaat allemaal je wisbordje met stift en doekje pakken.
Ik stel een vraag en je schrijft het juiste antwoord op.
LET OP! Het is niet de bedoeling dat we gaan overleggen, je geeft zelf in stilte antwoord.
Slide 38 - Diapositive
Wat is GEEN duurzame energiebron?
A
steenkool
B
zonne-energie
C
aardolie
D
kernenergie
Slide 39 - Quiz
Welk nadeel heeft zonne-energie?
A
hoge aanschafkosten
B
maakt veel geluid
C
schade aan milieu
D
ontploffingen
Slide 40 - Quiz
Welke duurzame energiebron is niet afhankelijk van het weer?
A
windenergie
B
waterkracht
C
kernenergie
D
zonne-energie
Slide 41 - Quiz
Wat is een alternatief voor fossiele brandstoffen?
A
steenkool
B
aardolie
C
aardgas
D
kernenergie
Slide 42 - Quiz
Lesdoelen
Aan het einde van de les weten we wat energiebronnen zijn.
Aan het einde van de les begrijp ik waarom men streeft naar schone energiebronnen.
Ik kan minimaal 3 "grijze" en 3 "groene" energiebronnen benoemen.