Herhaling H1 Aarde in beweging par 1 t/m 4

1VPb - Herhalingsles
Hoofdstuk 1 - Aarde in beweging

1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 6 vidéos.

Éléments de cette leçon

1VPb - Herhalingsles
Hoofdstuk 1 - Aarde in beweging

Slide 1 - Diapositive

Wat doen we vandaag?
Interactieve les waarin we de leerdoelen van par. 1 t/m par. 4 herhalen. Ter voorbereiding op de toets volgende week.

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen §1.1 
- Je weet dat het supercontinent Pangea lang geleden uiteengevallen is.
- Je begrijpt de theorie van de platentektoniek en hoe daardoor de Alpen zijn ontstaan.
- Je kunt op een kaart de gebieden aanwijzen waar veel aardbevingen, vulkaanuitbarstingen en tsunami's voorkomen en waar weinig tot geen.

Slide 3 - Diapositive

Aardkorst
Aardkern
Aardmantel
Convectiestromen

Slide 4 - Question de remorquage

Slide 5 - Vidéo

Denk terug aan §1.1. Hoe komt het dat aardplaten bewegen? Gebruik in je antwoord de woorden aardkorst en mantel
timer
2:30

Slide 6 - Question ouverte

Het bewegen van aardplaten noemen we:
A
Platentektoniek
B
Platenpolitiek
C
Convectiestromen
D
Platenleer

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Vidéo

Bij welke plaatbeweging ontstaan gebergtes zoals de Alpen?
A
Van elkaar af (divergent)
B
Langs elkaar (transform)
C
naar elkaar toe(convergent)

Slide 9 - Quiz

Wie of wat is Pangea?
A
De grootste vulkaan in Indonesië
B
Wetenschappelijke naam voor een berg
C
Een supercontinent van 270 miljoen jaar geleden
D
De naam van de geoloog die 'continental' drift bedacht heeft

Slide 10 - Quiz

Leerdoelen §1.2 Aardbevingen
- Je weet wat een aardbeving is en wat de gevolgen er van kunnen zijn.

- Je begrijpt hoe aardbevingen ontstaan en dat de gevolgen in arme en rijke landen van elkaar kunnen verschillen

- Je kunt op een kaart met de aardkorstplaten de gebieden aanwijzen met een groot aardbevingsrisico.

Slide 11 - Diapositive

Leg uit hoe het bewegen van platen kan leiden tot een aardbeving
timer
2:00

Slide 12 - Question ouverte

Weinig risico op aardbevingen
Weinig risico op aardbevingen
Veel risico op aardbevingen
Veel risico op aardbevingen
Veel risico op aardbevingen

Slide 13 - Question de remorquage

Wat meet de schaal van Richter?
A
De kracht van vulkaanuitbarstingen
B
De kracht van aardbevingen
C
De kracht van tsunami's
D
De kracht van orkanen

Slide 14 - Quiz

Wat meet de schaal van Mercalli?
A
De kracht van de trillingen
B
De kracht van de zeestromen
C
De aangerichte schade op een plek
D
De verwachte slachtoffers

Slide 15 - Quiz

Hoeveel keer sterker is een beving van 5.0 op de schaal van Richter vergeleken met een beving van 4.0?
A
1 keer
B
10 keer
C
100 keer
D
1000 keer

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Vidéo

Hoe noem je de plek diep in de aarde waar een aardbeving ontstaat
A
Hypocentrum
B
Endocentrum
C
Epicentrum
D
subductiezone

Slide 18 - Quiz

Hoe noem je de plek op de aardkorst direct boven de plek waar een aardbeving is ontstaan?
A
Hypocentrum
B
Endocentrum
C
Epicentrum
D
subductiezone

Slide 19 - Quiz

Leerdoelen §1.3 Vulkanisme
- Je weet wat een vulkaan is en wat de gevolgen van vulkaanuitbarstingen kunnen zijn.

- Je begrijpt hoe vulkanen ontstaan en waarom de gevolgen voor mensen in arme landen verschillen van die voor bewoners van rijke landen.

- Je kunt op een kaart met de aardkorstplaten de gebieden aanwijzen met vulkanisme.

Slide 20 - Diapositive

Kraterpijp
Krater
Lava
(magma)kamer

Slide 21 - Question de remorquage

Slide 22 - Vidéo

Wat is het verband?
Vulkanen in de wereld                                                                  Platentektoniek

Slide 23 - Diapositive

Leg in je eigen woorden uit hoe een vulkaan ontstaat. Gebruik in je antwoord de woorden oceanische plaat, continentale plaat, magma en lava.

Slide 24 - Question ouverte

Wat is het verband?
Een vulkaan ontstaat door reeks uitbarstingen van lava en as.
 1) De platen bewegen naar elkaar toe; De zwaardere oceanische plaat wordt onder de lichtere continentale plaat geduwd > daar ontstaat trog 
2) De plaat smelt en er ontstaat magma
 3) De magma  is lichter dan omgeving en wilt omhoog
4) Dit zorgt voor een druk die opbouwt > te hoge druk: uitbarsting
5) Bij de uitbarsting wordt magma lava en verlaat via de krater de vulkaan

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Vidéo

Leerdoelen §1.4 Tsunami's
- Je weet wat een tsunami is en wat de gevolgen van tsunami's kunnen zijn.
- Je begrijpt hoe tsunami's  ontstaan en waarom de gevolgen voor mensen in arme landen verschillen van die voor bewoners van rijke landen.
- Je kunt op een kaart de kusten aanwijzen die door tsunami's getroffen kunnen worden.

Slide 27 - Diapositive

Wat is een tsunami?
A
een zeebeving
B
een aardbeving
C
een vloedgolf
D
een vulkaan

Slide 28 - Quiz

Voor een tsunami heb je nodig ...
A
een aardbeving in de zeebodem en een diepe kust
B
een aardbeving in de zeebodem en een ondiepe kust
C
een aardbeving op land en een diepe zee
D
een aardbeving op land en een ondiepe zee

Slide 29 - Quiz

Slide 30 - Vidéo

Zelfstandig aan de slag
Opties:
  • Woordweb / Mindmap maken
  • Samenvatting maken
  • Herhalings- / verdiepingsopgaven maken > Zie WB 16-19
  • Quizlet / Begrippenlijst maken > Zie LB 29 
  • Oefentoets maken 
  • Leerdoelen (vragen) uitschrijven

Slide 31 - Diapositive