Herhaling over de regelmatige werkwoorden op -er

Weet je het nog?
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Weet je het nog?

Slide 1 - Diapositive

Vul de juiste vorm van het regelmatige werkwoord op -er in.
Tu.........le tableau. (regarder)

A
regarde
B
regardez
C
regardes
D
regardent

Slide 2 - Quiz

Vul de juiste vorm van het regelmatige werkwoord op -er in.
Nous..........la musique. (adorer)

A
adorez
B
adorons
C
adores
D
adore

Slide 3 - Quiz

Vul de juiste vorm van het regelmatige werkwoord op -er in.
Romain..........ses copains. (inviter)

A
invites
B
invitent
C
invitez
D
invite

Slide 4 - Quiz

Vul de juiste vorm van het regelmatige werkwoord op -er in.
Ma mère..........le gâteau. (préparer)

A
préparent
B
prépare
C
préparez
D
prépares

Slide 5 - Quiz

Vul de juiste vorm van het regelmatige werkwoord op -er in.
Elles.........près de l'école. (habiter)

A
habite
B
habitons
C
habitent
D
habitez

Slide 6 - Quiz

Vul de juiste vorm van het regelmatige werkwoord op -er in.
On.........français. (parler)

A
parlez
B
parlons
C
parles
D
parle

Slide 7 - Quiz

Vul de juiste vorm van het regelmatige werkwoord op -er in.
Alex en Julian.........au football (jouer)

A
jouent
B
jouez
C
joue
D
joues

Slide 8 - Quiz

Ezelsbruggetje

Slide 9 - Diapositive

Merci & Bon travail

Slide 10 - Diapositive