Rekenen Omgaan met kwantitatieve informatie 17-05-2023

1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenMBOStudiejaar 1,4

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen


  • Je leest een tabel op de juiste manier af
  • Je maakt de opdrachten

Slide 2 - Diapositive

Welke 5 rekendomeinen zijn er ook alweer?

Slide 3 - Question ouverte

Tabellen
In een tabel worden allerlei gegevens overzichtelijk weergegeven

Slide 4 - Diapositive

Voorbeelden
grafieken
diagrammen
lijndiagram
staafdiagram
cirkeldiagram
beelddiagram

Slide 5 - Diapositive

allerlei informatie
Informatie staat vaak in schema's, diagrammen, tabellen of plattegronden. 
Om de juiste informatie eruit te halen kun je dit stappenplan gebruiken.


Analyse van de opdracht
Aanpak bepalen en berekening maken
Antwoord vaststellen
Controle van het antwoord

Slide 6 - Diapositive

Opdracht
Zoek een voorbeeld op van een grafiek of diagram

Leg uit wat wat je af kunt lezen

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Slide 9 - Diapositive

5.1 Tabellen

Slide 10 - Diapositive

1. Hoe laat opent deze winkel op maandag?
2. Hoe laat opent deze winkel van dinsdag tot tot en met vrijdag?
3. Hoe laat sluit de winkel op donderdag?
4. Hoe laat sluit de winkel op zaterdag?

Slide 11 - Diapositive

Misleidende informatie
In het dagelijks leven kom je veel visuele informatie tegen, zoals advertenties, graphics, grafieken. 
Soms worden deze zo weergegeven dat je op het eerste gezicht iets anders ziet, dan dat er daadwerkelijk staat.



Als je kijkt naar de grafiek, lijkt het alsof B (rechts) een 
grotere stijging heeft. 
Kijk je naar de getallen dan heeft A (links) een grotere stijging

Slide 12 - Diapositive

wat is er misleidend aan
deze grafiek?

Slide 13 - Question ouverte

1. Tim gebruikt dit schema om te bepalen welke boormachine hij nodig heeft? Hij gaat in hard beton boren. 
Hoeveel kost de boormachine die hij nodig heeft?

2. En stel dat hij in steen moest boren. Wat moet hij dan betalen?






Slide 14 - Diapositive

1. Azmi huurt op donderdag een grote bestelbus. Hij rijdt hiermee 120 km. Hoeveel moet Azmi in totaal betalen voor de bestelbus?

2. En stel dat hij in een kleine bestelbus op zondag gehuurd had. Wat had hij dan moeten betalen?






Slide 15 - Diapositive

Lijngrafieken en patronen 

Slide 16 - Diapositive

Sleep de plaatjes  naar het juiste woord
Tabel
Lijngrafiek
Cirkeldiagram
Staaf-
grafiek

Slide 17 - Question de remorquage

Gemiddelde
Een gemiddelde krijg je door alle aantallen van een reeks bij elkaar op te tellen en te delen door het aantal in de reeks. 
GEMIDDELDE   =   TOTAAL   :   AANTAL
  
Voorbeeld:
Je hebt deze cijfers voor je avo vakken:
- Nederlands          6,7
- Burgerschap        7,3
- Engels                    5,1
- Rekenen                8,2
Het gemiddelde bereken je door alle cijfers bij elkaar op te tellen: 
6,7 + 7,3 + 5,1 + 8,2 = 27,3
en deze te delen door 4, want het zijn 4 avo vakken:
27,3 / 4 = 6,8
Gemiddeld sta je een 6,8 

Slide 18 - Diapositive

Bereken het gemiddelde cijfer

Slide 19 - Diapositive

Wat is, de komende 5 dagen,
de gemiddelde maximale temperatuur?

Slide 20 - Question ouverte

Slide 21 - Vidéo