§ 5.6: Parler.

• Frans
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Doel:

Je kunt een gesprek voeren bij de de dokter en bij de apotheek.

le dos

les oreilles

le ventre

le nez

les dents

le doigt

les yeux

la jambe

la tête

Les:

- Herhalen: imparfait.

- Spreken: avoir mal à.

- Nakijken 16A t/m 16C

- Overschrijven apprendre 7.

Huiswerk:

- Maken: ex 17 t/m 20, 22

- Leren apprendre 5 t/m 7

Imparfait (o.v.t.)

Als je vertelt hoe iets in het verleden was, gebruik je vaak de imparfait.

De imparfait bestaat uit:
- een stam
- een uitgang

Uitgangen imparfait

De stam van de imparfait = 

nous-vorm présent        - ons + uitgangen

Uitgangen imparfait

ais-ais-ait-ions-iez-aient

je (trouver, imparfait)

1. trouvait
2. trouve
3. trouvais
4. trouvai

Nous (imparfait) ___

1. regardons
2. regardions
3. regardiez
4. regardez

Wat is een imparfait?

1. le palais
2. trouvais
3. mangé
4. ai mangé

Wat is een imparfait?

1. il finissait
2. il finit
3. il a fini
4. il va finir

de imparfait is een...

1. tegenwoordige tijd
2. onvoltooid verleden tijd
3. onregelmatige tijd
4. voltooide tegenwoordige tijd

J'ai mal à la .... v

J'ai mal au ... m

J'ai mal à l' ... klinker/h

J'ai mal aux ...... mv

Dit komt in de toets!

Exercice 16a - Herhalen

1 a nous allons

 b nous attendons

 c nous avons

 d nous sommes

 e nous faisons

 f nous finissons

 g nous partons

 h nous pouvons

 i nous prenons

 j nous voulons

2 être

Exercice 16B - Luisteren [1 ster]

2 wisten

3 waren

4 was

5 was

Exercice 16C - Ontdekken [1 ster]

1 Stam Uitgang:

 fais ais

 jou ais

 voul ais

 choisiss ais

 nous-vorm

2 hetzelfde

Zelfstandig werken:

- overschrijven apprendre 7.

- maken: ex 18 (pag: 36) t/m 20, 22

- leren apprendre 5 t/m 7

J'ai mal au ventre

J'ai mal aux pieds

J'ai mal au nez.