P2- Skills theorie- les 1

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

Uitscheiding

P2.1 SKILLS theorie

Wat gaan we deze periode doen:

1. Incontinentie, Po geven, Urinaal aanleggen, Condoomkatheter aanleggen
2. Verblijfskatheter verzorgen, Urineopvangzak wisselen, SP-katheter verzorgen 
3. Diagnostisch onderzoek en behandeling
   
4. Warmte- en koude behandeling, Isolatieverpleging 
5. Maagsonde verzorgen, Peg-sonde verzorgen 
6. Voeding en vocht, Vochtbalans 
7. Voeding en vocht, Vochtbalans 
8. Scenariotraining 
9. Scenariotraining 
10. Herkansing reanimatie

Reanimatie training

Werkwijze

Voorbereid de lessen in> zie voorbereiding vakplanner

In de lessen verdieping in de lesstof

Leerdoelen

• Ik kan normale van afwijkende urine onderscheiden.
  
• Ik kan beschrijven hoe je een zorgvrager met abnormale ontlasting kunt ondersteunen.
  
• Ik kan een overzicht maken van de verschillende soorten hulpmiddelen voor het ondersteunen van de zorgvrager bij zijn toiletgang.
  
• Ik kan de verschillende soorten incontinentie beschrijven en weet welke hulpmiddelen kunnen worden toegepast. 

Urine bestaat uit

90 – 95% water

Ureum en urinezuur

Zouten

Creatinine

Urobiline

Vitaminen

Hormonen

Benoem 6 observatiepunten van urine

Frequentie

Afhankelijk van blaascapaciteit (verschil M/V)

Hoeveelheid

afhankelijk van hoeveel drinken en inspanning

100 – 1000ml? Normaal 250 – 500 ml (verschil M/V)

Kleur

Zie volgende dia

Helderheid

Helder of troebel of stolsels

Geur

Wijze van urineren

Krachtige stroom en hortend en stotend of druppelend

Kleur en geur urine

• Helder en lichtgekleurd
  
• Donkergeel > geconcentreerd
  
• Donkerbruin met geel schuim > Bilirubine
  
• Roodbruin vleesnatkleurig > hematurie
  
• NB Rode bieten of medicatie (zoals rifampicine) !
  
• Ammoniakgeur (vleesconsumptie, eiwitten
• Aceton/appelgeur (hoge glucose, crashdieet)

Factoren van invloed op urineproductie

• Drinkpatroon (alcohol!?)
  
• Vochtbalans
  
• Beweging
  
• Dieet
  
• Medicatie
  

Opdracht

Zoek de volgende begrippen op:

• Mictie
• Mictiedrang
• Cystitis
• Nycturie

• Hematurie
  
• Dysurie
  

Bloed in de urine

1. nycturie
2. hematurie
3. dysurie
4. cystitis

Blaasontsteking

1. cystitis
2. nycturie
3. dysurie

Urinelozing

1. mictie
2. dysurie
3. nycturie
4. mictiedrang

01:21

Welke groep heeft het vaakst last van stressincontinentie?

1. Vrouwen
2. Mannen

02:15

Een oorzaak van urge- incontintie is:

1. Zwangerschap
2. Blaasontsteking

02:50

Overloopincontinentie betekent:

1. nadruppelen
2. urineverlies door volle blaas
3. de blaas leegt niet volledig

Hoeveel (geschatte) mannen vanaf 40 jaar hebben last van nadruppelen?

1. 1:4
2. 1:5
3. 1:6
4. 1:7

Faeces of feces

• 75% water
  
• Afgeschilferd darmslijmvlies
  
• Zouten en slijm
  
• Bacteriën
  
• ± 10% afvalstoffen
  
• Galkleurstoffen
  

Benoem 7 observatiepunten van ontlasting

Frequentie

Tussen 2 keer per dag tot 2 keer per week

Hoeveelheid

Kleur

Consistentie

Tussen ‘waterdun’ tot ‘zo hard als steen’

Geur

Samenstelling

Manier van defeceren

Wel of niet persen, pijnlijk, bloed

Oorzaken veranderde frequentie

Cellulosearme voeding ↓

Weinig lichaamsbeweging ↓

Neurologische aandoeningen ↓

Medicatie ↓

Te weinig vochtopname ↓

Laxerende voeding ↑

Maagdarmstoornissen ↑

Psychische oorzaken ↑

Laxeermiddelen ↑

Verpleegkundige zorg bij urine en ontlasting 

• SCHAAMTE!! (cultuur, angst, taboe)
• Sociale isolatie
• Privacy
• Hygiëne
  
• Bescherming bed
  
• Incontinentie geassocieerde dermatitis (vochtletsel tgv incontinentie>lijkt op decubitus)
• Gebruik hulpmiddelen bij incontinentie

Incontinentie materiaal
Urine opvangsystemen
Uritip (condoomkatheter)
Blaaskatheter
Suprapubische katheter

Hulpmiddelen toiletgang

• Po of ondersteek
  
• Postoel
  
• Urinaal
  
• Urineschuitje
  
•  pospoeler

Lesvoorbereiding

e-Xpert mbo: 17. Pvwh - Urine en ontlasting