Massamedia 4.2

Hoofdstuk 4
Welke invloed hebben de media?
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijkundeVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 4
Welke invloed hebben de media?

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe groot is de invloed van de media?
Injectienaaldtheorie
Agendatheorie
Framingtheorie
Selectieve perceptie theorie
Volgens deze theorie injecteren de media mensen
met hun informatie en ideeën. Mensen nemen deze dingen over zonder erbij na te denken. 
De media kunnen een onderwerp, bewust of onbewust, op een bepaalde manier framen. Hierdoor kan de manier waarop de ontvangers gaan nadenken en praten over het onderwerp 
gestuurd worden.
Mensen selecteren volgens deze theorie zelf informatie
die past bij hun referentiekader. Informatie die daar niet
bij past, wordt dus niet door hen waargenomen. 
De media bepaald waar je over praat en wat je belangrijk vindt. Ze selecteren uit alle informatie welke onderwerpen veel of juist weinig aandacht krijgen.

Slide 2 - Diapositive

Klik op de vraagtekens voor definities. 




Slide 3 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat hebben algoritmes van Facebook te maken met de selectieve perceptie theorie?
Wat hebben algoritmes van Facebook te maken met de selectieve perceptie theorie?

Slide 4 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat vind jij, zijn stereotypes altijd waar?
Ze zijn altijd waar
Ze zijn meestal waar
Ze zijn soms waar
Ze zijn nooit waar

Slide 5 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions


Welke theorie heeft te maken met de uitspraken van Sofie en Ersin over hun zelfbeeld en mogelijkheden?
Welke theorie heeft te maken met de uitspraken van Sofie en Ersin over hun zelfbeeld en mogelijkheden?
A
Injectienaaldtheorie
B
Selectieve Perceptie Theorie
C
Agendatheorie
D
Framingtheorie

Slide 6 - Quiz

De framingtheorie, want zij hebben allebei het gevoel dat ze op een manier worden neergezet in de media waar ze zichzelf niet in herkennen of waardoor ze denken dat ze minder mogelijkheden hebben. 

Eventueel kan de agendatheorie en de injectienaaldtheorie ook een goed antwoord zijn. 
Waarom vinden Ersin en Sofie deze reclame zo erg?
Waarom vinden Ersin en Sofie deze reclame zo erg?

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Ersin zegt na het zien van de tweede reclame dat zijn vrouw, door het positieve stereotype dat wordt laten zien, sneller naar die winkel zou gaan. Met welke theorie heeft dit te maken?
Ersin zegt na het zien van de tweede reclame dat zijn vrouw, door het positieve stereotype dat wordt laten zien, sneller naar die winkel zou gaan. Met welke theorie heeft dit te maken?
A
Injectienaaldtheorie
B
Selectieve Perceptie Theorie
C
Agendatheorie
D
Framingtheorie

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Manipulatie 
Er worden feiten weggelaten om mensen op een
bepaalde manier te beïnvloeden.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voor en na fotoshop

Slide 10 - Diapositive

Bron afbeelding: 
https://www.boredpanda.com/before-after-photoshop-celebrities/?utm_source=google&utm_medium=organic&utm_campaign=organic
Indoctrinatie 
Er worden mensen stelselmatig beïnvloed door de mening van een ander op te leggen.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke theorie past bij 'manipulatie' en 'indoctrinatie' ?
Welke theorie past bij 'manipulatie' en 'indoctrinatie' ?
A
Injectienaaldtheorie
B
Selectieve perceptietheorie
C
Agendatheorie
D
Framingtheorie

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions