Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Opgepakt .....
en dan ?
Paragraaf 4.
Slide 1 - Diapositive
De 3 dingen die politie mag doen zijn....
Fouilleren
Huis doorzoeken
Arresteren
Als er een verdachte is, mag de politie 3 dingen doen.
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Vidéo
De politie is klaar met onderzoeken.....
Schrijft een proces verbaal
Een speciaal politie verslag over het misdrijf en de verdachte
Licht misdrijf en nog geen 18?
18+ en een zwaar misdrijf?
Halt ( het alternatief ) is een organisatie die jongeren speciale straffen geeft. Je hoeft nu niet voor de rechter te verschijnen en je krijgt ook geen strafblad.
De Officier van justitie bepaald wat er met de verdachte gaat gebeuren. Hij heeft 3 mogelijkheden : 1: Seponeren, 2 schikken en 3 Vervolgen. Lees op de volgende slide wat dit betekend
Slide 4 - Diapositive
Officier van Justitie
Heeft 3 mogelijkheden
Seponeren (zaak laten rusten)
Schikken (boete)
Vervolgen (voor de rechter brengen )
Slide 5 - Diapositive
Bijzondere maatregel
In speciale gevallen mag de politie al mensen oppakken die nog geen strafbaar feit hebben gepleegd. Dit gebeurd tegenwoordig vaker. De veiligheid van het land telt dan zwaarder dan individuele vrijheid.
Slide 6 - Diapositive
De rechtszaak
- Wat zijn de belangrijkste personen in een rechtbank?
- Wat zijn de 8 stappen hoe een rechtzaak verloopt ?
Slide 7 - Diapositive
Dagvaarding
Oproep om voor de rechter te verschijnen
Tekst
Slide 8 - Diapositive
- De officier van justitie leest de aanklacht voor
- Rechter geeft het vonnis, bepaalt de straf.
- De rechter, OvJ, en de advocaat stellen vragen aan de verdachte.
- Officier van justitie eist een straf. ( 2 jaar cel)
- Advocaat verdedigd de verdachten
- Getuigen wordt verhoord
- Verdachte mag nog iets zeggen ( laatste woord)
- De rechter controleerd de gegevens
Slide 9 - Diapositive
Wie is wie?
Verdachte
Rechter
Advocaat
Getuige(n)
Pers
Publiek
Officier van Justitie
Griffier
Officier van Justitie
Getuige(n)
Verdachte
Advocaat
Griffier
Rechter
Pers
Publiek
Slide 10 - Diapositive
Belangrijkste personen
Deverdachte geholpen door een advocaat.
Deofficier van jusititie die wil bewijzen dat de verdachte schuldig is.
De rechterdie beslist of de verdachte schuldig is en wat voor straf hij krijgt.
Slide 11 - Diapositive
Hoe verloopt
een rechtszaak?
Slide 12 - Diapositive
1.
De opening
Rechter Controleert de gegevens
Slide 13 - Diapositive
2.
De aanklacht
De officier van justitie leest de aanklacht voor.
Slide 14 - Diapositive
3.
Vragen stellen aan de verdachte
.
Rechter, officier van justitie en de advocaat stellen vragen aan de verdachte. ( waarom reageerde je zo )
Slide 15 - Diapositive
4.
Het getuigenverhoor
Mensen die iets gehoord of gezien hebben dat met de zaak te
maken kan hebben. Getuigen mogen niet liegen.
Slide 16 - Diapositive
5. Officier van justitie eist een straf
De officier van justitie zet na de ondervragingen alles nog even op een rijtje en komt met de strafeis
Slide 17 - Diapositive
6.
Advocaat verdedigd
Jouw advocaat gaat jou verdedigen en vraagt om een lichtere straf.
Slide 18 - Diapositive
7.
Het laatste woord
Als verdachte heb je altijd het laatste woord. Je kunt ook nog iets zeggen over de strafeis van de officier
Slide 19 - Diapositive
8.
Het vonnis
De rechter vertelt of je schuldig of onschuldig bent en welke straf hij wil geven. Het vonnis betekend : de laatste uitspraak van de rechter.
Slide 20 - Diapositive
Het vonnis
- Is er voldoende bewijs?
- Gaat het om een strafbaar feit?
- Is de dader strafbaar?
- Welke straf moet worden opgelegd ?
Slide 21 - Diapositive
Stap 1 : De rechter controleerd de gegevens
stap 2: De officier van justitie leest voor wat de verdachte heeft gedaan
stap 3: De rechter, OvJ, en de advocaat stellen vragen aan de verdachte.
stap 4: getuigen wordt verhoord
stap 5: officier van justitie eist een straf. ( 2 jaar cel)
stap 6: advocaat verdedigd de verdachten
stap 7: verdachte mag nog iets zeggen ( laatste woord)
8: Rechter geeft het vonnis, bepaalt de straf.
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Vidéo
wanneer ben je schuldig?
Gaat het om een strafbaar feit? bv zelfverdediging is niet strafbaar
Heeft de verdachte het gedaan?
Er moet voldoende bewijs zijn
Is de verdachte strafbaar?
Je kan alleen veroordeeld worden als je toerekeningsvatbaar bent
Slide 24 - Diapositive
Wat is een dagvaarding?
A
De oproep om voor de rechter te komen
B
Wanneer de politie toestemming krijgt om jou een extra dag vast te houden
C
Het bevel om jezelf bij de gevangenis te melden.
Slide 25 - Quiz
Hoe heet de brief die je thuis krijgt als je voor de rechter moet verschijnen?
A
Proces-verbaal
B
OM-afdoening
C
Justitiële oproep
D
Dagvaarding
Slide 26 - Quiz
onderdeel van de dagvaarding waarin het OM zegt waarvan het de verdachte beschuldigt
A
Tenlastelegging
B
Requisitoir
C
Pleidooi
D
Vonnis
Slide 27 - Quiz
welke 3 personen zijn belangrijk in een rechtszaal?
advocaat
getuige
officier van justie
politie
verdachte
rechter
Slide 28 - Question de remorquage
Wie klaagt de verdachte aan?
A
de rechter
B
de verdachte
C
de advocaat
D
de officier van justitie
Slide 29 - Quiz
Hoe noemen we de uitspraak van de rechter?
A
de uitslag
B
de taakstraf
C
de regeling
D
het vonnis
Slide 30 - Quiz
Wie heeft het laatste woord voordat de rechter een uitspraak doet?
A
het publiek
B
de verdachte
C
de rechter
D
de officier van justitie
Slide 31 - Quiz
Iemand niet voor de rechter laten komen wegens gebrek aan bewijs.