6.2 Gelijkvormige driehoeken klas 2 KBL

6.2 Gelijkvormige driehoeken
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

Éléments de cette leçon

6.2 Gelijkvormige driehoeken

Slide 1 - Diapositive

Gelijkvormig
Als je een figuur gaat vergroten dan blijven de hoeken even groot. 
Dat heet gelijkvormig

driehoek ABC is gelijkvormig aan driehoek DEF

        ABC  ~      DEF

Δ
Δ

Slide 2 - Diapositive

Gelijkvormige driehoeken
In de 2 driehoeken hiernaast zijn gelijkvormig
Dit is te zien aan de tekentjes in de hoeken.
hoek L = hoek R
hoek K = hoek Q
hoek M = hoek P

Slide 3 - Diapositive

Gelijkvormig
      KLM ~    QRP

Zijden driehoek: 
QR is een vergroting van KL
RP is een vergroting van LM
QP is een vergroting van KM
Δ
Δ

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Hoe weet je dat driehoeken gelijkvormig zijn?


  1. De hoeken zijn even groot
  2. De zijden zijn een vergroting van elkaar 

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

QRP
QR=
RP=
QP=
ABC
AB=
BC=
AC=
BC=
QR=

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo


Welke hoek is even groot als hoek A?
A
B
B
D
C
E
D
F

Slide 11 - Quiz


Welke hoek is even groot als 
hoek C?
A
B
B
D
C
E
D
F

Slide 12 - Quiz


Welke hoek is even groot als hoek B?
A
C
B
D
C
E
D
F

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Vidéo

Slide 15 - Vidéo

Wat is de afmeting van EF?
A
26 mm
B
9,75 mm
C
17,33 mm
D
19,25 mm

Slide 16 - Quiz

8.1: Vergrotingsfactor
De foto noemen we het origineel, hiervan wordt een vergroting gemaakt. De vergroting heet het beeld.

De vergrotingsfactor bereken je met:
  • vergrotingsfactor = lengte beeld : lengte origineel



Slide 17 - Diapositive

8.1: Vergrotingsfactor
Ook kun je foto's verkleinen. 
  • Je blijft dan spreken over een vergrotingsfactor
  • Ook reken je dit op dezelfde manier uit.
  • Bij een vergroting is de vergrotingsfactor groter dan 1
  • Bij een verkleining is de vergrotingsfactor kleiner dan 1
  • Wat betekent het als de vergrotingsfactor precies 1 is?
  • Als een kopieerapparaat op 50% staat, dan is de vf = 0,5.
    Is dit een vergroting of verkleining?
  • Hoeveel is de vf bij 150%? Is dit een vergroting of verkleining?

Slide 18 - Diapositive