intervisie

1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

BPV-begeleiding
Opdracht: Voorbereiding intervisie

Slide 2 - Diapositive

intervisie

Slide 3 - Carte mentale

Wie heeft al wel eens deelgenomen aan een intervisie?
ja
nee

Slide 4 - Sondage

Wat is intervisie?
Intervisie is een manier om samen te kijken naar problemen of uitdagingen waar je tijdens je stage mee te maken kan krijgen.

Slide 5 - Diapositive

begrippen bij intervisie
intervisie = manier om samen naar een probleem te kijken
casus = praktijksituatie (mag van alles zijn)
hulpvraag = waar loop je tegenaan? wat vind je lastig?

Slide 6 - Diapositive

Deelopdracht: casus op je stage

  1. Lees het werkmodel 'casus schrijven' en denk na over een geschikte casus (praktijksituatie).
  2. Maak een plan van aanpak voor het werken aan deelopdracht 1 en verwerk dit in Dulon Online bij 'Mijn planning'.
  3. Schrijf een casus a.d.h.v. het werkmodel 'casus schrijven' en vraag feedback aan de vakdocent ten aanzien van de uitwerking.
  4. Vraag een GO (in dulon-online) aan de vakdocent voor het inleveren van de casus. De casus moet namelijk worden goedgekeurd om tijdens intervisie te gebruiken.

Slide 7 - Diapositive

Werkmodel intervisiecasus schrijven

  • Hoe goed je intervisie ook kunt voorbereiden, een belangrijk deel van het succes valt of staat met het juist inbrengen van een casus.


Slide 8 - Diapositive

Voorwaarden voor het inbrengen van een casus
De situatie die je in wilt brengen moet actueel zijn voor jezelf. Het gaat meestal om een probleem of een dilemma. 

Je wilt bespreken hoe je het zou kunnen aanpakken of bespreken hoe je de situatie hebt aangepakt. In dat laatste geval ben je benieuwd naar wat men vindt van de door jou gekozen werkwijze. Je moet de betreffende situatie wel in de groep willen bespreken. Als inbrenger van een casus stel je je altijd enigszins kwetsbaar op.

 
Als je geen situatie weet, denk eens na over een moment waarop je je hebt geërgerd aan situaties. Meestal zit daar een potentiële intervisiecasus achter.

Slide 9 - Diapositive

Richtlijnen voor het schrijven van een casus
We maken onderscheid tussen algemene en specifieke richtlijnen voor het schrijven van een casus. 

De algemene richtlijnen zijn de basisvoorwaarden voor een goede casus. De specifieke richtlijnen geven meer ‘kleur’ aan de situatie waardoor de kern van het probleem beter begrepen kan worden.
 
Sluit de casusbeschrijving altijd af met een open vraag aan de groepsleden. Daarmee maak je duidelijk wat je wil bespreken en onderzoeken.

Slide 10 - Diapositive

Algemene richtlijnen
  • Beschrijf de situatie zo helder en feitelijk mogelijk. Wat speelt er precies?
  • Verwerk gegevens die noodzakelijk zijn om de situatie te begrijpen; een korte voorgeschiedenis of het aangeven van tijd, plaats en ruimte kan belangrijk zijn voor de lezer. Een beschrijving van het ziektebeeld en/of problematiek is ook van belang.
  • Beschrijf één ervaring (situatie) of geef duidelijk onderscheid aan als het om meerdere momenten/situaties gaat, opdat er geen dubbele of door elkaar lopende probleemstelling(en) in zit(ten).
  • Sluit af met een heldere onderzoeksvraag. Op welke vraag is een antwoord gewenst? Formuleer de vraag vanuit jezelf.


Slide 11 - Diapositive

Situatie specifieke richtlijnen
  • Wat is, volgens jou, (feitelijk) de aanleiding, of wie is/zijn initiatiefnemer(s) tot het gebeuren.
  • Wat is jouw rol.
  • Welke andere betrokkenen (n) of partij (en) zijn er.
  • Wat wordt er op dit moment, in deze situatie, van jou verwacht (door anderen).
  • Welke beweegredenen of belangen spelen daarbij een rol.
  • Hoe geef jij vorm aan die verwachtingen.
  • Wat neem jij waar in de omgeving (collega’s, zorgvragers, naasten).
  • Wat wil je bereiken (doel).

Slide 12 - Diapositive

Sluit af met een open vraag aan de groep.

Slide 13 - Diapositive