P2Les11 04-01

BIENVENIDOS
1 / 40
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 40 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

BIENVENIDOS

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

¿ Qué tal?

Slide 3 - Diapositive

Buenos propósitos

Slide 4 - Diapositive

La planificación
Esta semana: trabajamos en unidad 6
El lunes: clase a través de MEET
El miércoles: clase individual (el monólogo)
El jueves: clase a través de MEET

La semana que viene: trabajamos en unidad 5 y 6
El lunes: clase a través de MEET
El miércoles: clase individual
El jueves: clase a través de MEET

Slide 5 - Diapositive

Toetsweek

Slide 6 - Diapositive

La planificación de hoy
Explicar la gramática de unidad 6

Practicar con la gramática

Hacer ejercicios

Slide 7 - Diapositive

Vrije tijd
Ik vind het leuk om te winkelen

Slide 8 - Diapositive

Vrije tijd
Ik vind het leuk om te winkelen
Me gusta ir de compras

Slide 9 - Diapositive

Vrije tijd
Mijn vriend en ik gaan iets drinken

Slide 10 - Diapositive

Vrije tijd
Mijn vriend en ik gaan iets drinken
Mi amigo y yo vamos a tomar algo

Slide 11 - Diapositive

Vrije tijd
Ik blijf thuis

Slide 12 - Diapositive

Vrije tijd
Ik blijf thuis
Me quedo en casa

Slide 13 - Diapositive

Vrije tijd
Wij blijven thuis

Slide 14 - Diapositive

Vrije tijd
Wij blijven thuis
Nos quedamos en casa

Slide 15 - Diapositive

Vrije tijd
Ik spreek af met vrienden om naar de bioscoop te gaan

Slide 16 - Diapositive

Vrije tijd
Ik spreek af met vrienden om naar de bioscoop te gaan
Quedo con amigos para ir al cine

Slide 17 - Diapositive

Vrije tijd
Hoelaat spreken we af?

Slide 18 - Diapositive

Vrije tijd
Hoelaat spreken we af?
¿A qué hora quedamos?

Slide 19 - Diapositive

Let op!!
quedarse = blijven (wederkerend werkwoord)

quedar = afspreken

Slide 20 - Diapositive

Iets voorstelen, iemand uitnodigen
querer = willen 
uitnodiging, verzoek, intentie, wil

poder = kunnen 
suggestie, voorstel, verzoek, toestemming vragen, mogelijkheid/onmogelijkheid, verbod

zie voorbeelden op pagina 76



Slide 21 - Diapositive

Iets voorstellen, iemand uitnodigen
querer = willen 
¿Quieres ir al cine? = wil je naar de bioscoop?

poder = kunnen 
Podemos ir a casa de un amigo = we kunnen naar (het huis van) een vriend gaan. 

tener ganas de = zin hebben om ...
Tengo ganas de ir de compras = ik heb zin om te gaan winkelen

Slide 22 - Diapositive

Vervoeg de werkwoorden querer en poder

Slide 23 - Diapositive

querer

quiero 
quieres
quiere
queremos
queréis
quieren
poder

puedo
puedes
puede
podemos
podéis
pueden

Slide 24 - Diapositive

Iets voorstelen, iemand uitnodigen
Mijn broer heeft zin om naar een bar te gaan

Slide 25 - Diapositive

Iets voorstelen, iemand uitnodigen
Mijn broer heeft zin om naar een bar te gaan
Mi hermano tiene ganas de ir a un bar 

Slide 26 - Diapositive

Iets voorstelen, iemand uitnodigen
Hebben jullie zin om naar een museum te gaan?

Slide 27 - Diapositive

Iets voorstelen, iemand uitnodigen
Hebben jullie zin om naar een museum te gaan?
¿Tenéis ganas de ir a un museo?

Slide 28 - Diapositive

Iets voorstelen, iemand uitnodigen
Zij heeft geen zin om te sporten

Slide 29 - Diapositive

Iets voorstelen, iemand uitnodigen
zij heeft geen in om te sporten
(Ella) no tiene ganas de hacer deporte

Slide 30 - Diapositive

me gusta/me gustaría
Me gusta = ik vind leuk
Me gusta ir al cine = ik vind het leuk om naar de bios te gaan

Me gustaría = ik zou het leuk vinden 
Me gustaría ir al cine = ik zou het leuk vinden om naar de bios te gaan.

Slide 31 - Diapositive

me gusta/me gustaría
Me 
te 
le                      gustaría + infinitivo
nos
os
les

Slide 32 - Diapositive

me gusta/me gustaría
Wij vinden het leuk om te gaan winkelen


Mijn ouders zouden het leuk vinden om op reis te gaan

Slide 33 - Diapositive

me gusta/me gustaría
Wij vinden het leuk om te gaan winkelen
nos gusta ir de compras

Mijn ouders zouden het leuk vinden om op reis te gaan
A mis padres les gustaría ir de viaje

Slide 34 - Diapositive

me gusta/me gustaría
Ik zou het niet zo leuk vinden om met Pilar te gaan

Slide 35 - Diapositive

me gusta/me gustaría
Ik zou het niet zo leuk vinden om met Pilar te gaan
No me gustaría ir con pilar

Slide 36 - Diapositive

Hacer ejercicios
Mira en las proximas páginas. 

Deze opdrachten heb je de afgelopen week gemaakt. Misschien had je deze nog niet af of heb je ze nog niet nagekeken. Zorg dat je deze opdrachten deze week afmaakt en nakijkt. De antwoorden staan in de les van 8 december. 

Slide 37 - Diapositive

Los ejercicios de unidad 6
Libro página 70 - 77
- ejercicio pag. 71
- 1AB           CD
- 2ABCD
- 3AB
- ejercicios 1,2 y 3 pag. 76

Slide 38 - Diapositive

Los ejercicios de unidad 6
Werkboek página 65 - 71
- 1,2,4,5,6,7,8,9,10,11

Slide 39 - Diapositive

Hasta la próxima vez

Slide 40 - Diapositive