H3.4_Nog meer bankzaken!

H3: De bank en jouw geld

Als je binnenkomt:
  • Ga je zitten
  • Je bent stil
  • Je pakt je boek(en) en pen
  • Tas op de grond
  • Je bent klaar voor de les:)

timer
2:00
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

H3: De bank en jouw geld

Als je binnenkomt:
  • Ga je zitten
  • Je bent stil
  • Je pakt je boek(en) en pen
  • Tas op de grond
  • Je bent klaar voor de les:)

timer
2:00

Slide 1 - Diapositive

H3.4: Nog meer bankzaken!

Programma:
  • Huiswerk bespreken
  • Doorlezen paragraaf 3.4
  • Lesdoelen par. 3.4
  • Uitleg en instructie
  • Huiswerk volgende les
  • Volgende les: Herhaling/reflectie en bespreken huiswerk

Slide 2 - Diapositive

Huiswerk bespreken
Plusopdrachten: 9 t/m 12 (blz 91) en rekenopdrachten: 7 t/m 11 (blz 92 en 93)


Slide 3 - Diapositive

Lesdoelen

Na deze les weet je ....
  • Welke rol de bank speelt bij vraag en aanbod van geld
  • Welke voor en nadelen er zijn als je geld belegt in plaats van spaart
  • Wat vreemde valuta zijn en hoe je de wisselkoers gebruikt
  • Hoe je euro's naar vreemd geld omrekent en andersom

Slide 4 - Diapositive

Naar welke landen ben jij geweest waar ze niet met de euro betalen

Slide 5 - Carte mentale

Uitleg en instructie...

Slide 6 - Diapositive

Vraag en aanbod van geld
Banken zijn belangrijk in ons geldverkeer
Banken lenen een deel van ons spaargeld uit.
De rente voor sparen is altijd lager dan voor lenen

Slide 7 - Diapositive

Wil je nog meer spaargeld?
  • De rente op spaarrekeningen is momenteel erg laag.

  • Je kunt jouw geld ook beleggen

  • Je steekt je geld dan in bedrijven of projecten (aandelen).

  • Je verwacht dat jouw aandelen meer waard worden

Slide 8 - Diapositive

Wil je nog meer spaargeld?
  • Als je een aandeel koopt, koop je een stukje van een bedrijf

  • Als het bedrijf goed presteert stijgt de prijs van jouw aandeel (de koers)

  • Als het bedrijf slecht presteert daalt de prijs van jouw aandeel (de koers)

!!! Daarom de waarschuwing, u kunt uw inleg met beleggen verliezen !!!

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Vreemde valuta
  • De meeste landen in de EU hebben de euro als wettig betaalmiddel. Dit is de eurozone 

  • Landen met een andere munt dan de euro betalen met vreemde valuta

  • Je moet rekenen met de wisselkoers om te wisselen van munteenheid

  • Je kunt vreemde valuta kopen en verkopen. 

Slide 11 - Diapositive

0

Slide 12 - Vidéo

Met een bedrag in euro's vreemd geld kopen
Bij vreemd geld kopen doe je het aantal euro's keer de lage wisselkoers

Slide 13 - Diapositive

Bereken hoeveel Japanse Yen je kunt kopen voor €250
A
114,67 yen
B
29.525 yen
C
118,10 yen
D
28.667,50 yen

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Vidéo

Omrekenen van vreemd geld naar euro's
Bij het verkopen van vreemd geld doe je bedrag vreemd geld gedeeld door hoge wisselkoers

Slide 16 - Diapositive

Je verkoopt 38 Britse ponden. Hoeveel euro's ontvang je daar voor
A
41,30
B
42,70
C
33,82
D
34,96

Slide 17 - Quiz

Zijn er vragen

Slide 18 - Diapositive

Maken opdrachten 
Je hebt 15 minuten de tijd voor het maken van 
opgave 1 t/m 7 van paragraaf 1.1 

Klaar? 
Maak van de plusopdrachten  1+2+3

timer
15:00

Slide 19 - Diapositive

Bespreken opgave 1 t/m 7

Slide 20 - Diapositive

Huiswerk volgende les
H3.4: Maken opdrachten 1 tot en met 9

Slide 21 - Diapositive

Huiswerk bespreken
H3.4: Maken opdrachten 1 tot en met 9

Slide 22 - Diapositive

Reflectie: Zijn de lesdoelen behaald?
  • Welke rol de bank speelt bij vraag en aanbod van geld
  • Welke voor en nadelen er zijn als je geld belegt in plaats van spaart
  • Wat vreemde valuta zijn en hoe je de wisselkoers gebruikt
  • Hoe je euro's naar vreemd geld omrekent en andersom

Slide 23 - Diapositive

Beleggen levert altijd meer op dan sparen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 24 - Quiz

Het aanbod van geld wordt geleverd door ...
A
de banken
B
de overheid
C
de leners
D
de spaarders/beleggers

Slide 25 - Quiz

Beleggen brengt risico met zich mee, terwijl sparen zonder risico's is.
A
Deze stelling is juist
B
Deze stelling is onjuist

Slide 26 - Quiz

Bij de handel in de eurozone speelt de wisselkoers geen rol
A
Juist
B
Onjuist

Slide 27 - Quiz

Wat is een wisselkoers?
A
geeft geen verhouding tussen de euro en vreemde valuta aan
B
geeft de verhouding tussen de euro en vreemde valuta aan
C
geeft de verhouding tussen de euro en euro aan
D
geeft de verhouding tussen de vreemde valuta en vreemde valuta aan

Slide 28 - Quiz

Als de wisselkoers van de euro daalt
A
worden wij goedkoper ten opzichte van het buitenland
B
worden wij duurder ten opzichte van het buitenland

Slide 29 - Quiz

De wisselkoers was € 1 = $ 2, nu is de wisselkoers € 1 = $ 1. Daardoor kan de EU nu .... importeren.
A
Meer
B
Minder

Slide 30 - Quiz

Als de wisselkoers van de € stijgt,
dan ...
A
wordt de € duurder
B
dan wordt de € goedkoper

Slide 31 - Quiz

Wisselkoers is de prijs van vreemd geld
A
Juist
B
Onjuist

Slide 32 - Quiz

1 euro = wisselkoers kopen: $1,30
Wisselkoers verkopen: 1,28
Hoeveel krijg je voor 300 euro?
A
$384
B
$231
C
$234
D
$390

Slide 33 - Quiz

Vul hieronder de voor en nadelen van sparen en beleggen in
Sparen
Beleggen
Voordeel:
Nadeel:
Je krijgt Rente
De rente is laag
Je kunt jouw geld verliezen
Je belegging kan meer waard worden

Slide 34 - Question de remorquage

Huiswerk volgende les
Maken plusopdrachten: 13 t/m 15 (blz 91) en 
rekenopdrachten: 12 t/m 14 (blz 93)

Slide 35 - Diapositive