Sociale hygiëne & Ongewenst Gedrag

Sociale Hygiëne
Opdracht 2 & 3 Projecthandleiding
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
HotelMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Sociale Hygiëne
Opdracht 2 & 3 Projecthandleiding

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is Sociale Hygiëne volgens jou?

Slide 2 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Sociale Hygiëne

Sociale hygiëne leert je wat je moet doen in situaties die afwijken van het normale of die afwijken van de verwachting

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het doel van sociale hygiëne?

Slide 4 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Doel van sociale hygiëne

Het doel van sociale hygiëne is om de veiligheid, gezondheid en het welzijn van gasten en werknemers beschermen.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hygiëne in de keuken is onderdeel van sociale hygiëne
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quiz

Sociale hygiëne heeft niks met hygiëne in de keuken of met schone handen te maken. In de keuken en voor de omgang met voedsel gebruik je de Hygiënecode voor de horeca. Sociale hygiëne daarentegen gaat over de omgang met mensen.
Als leidinggevende ben jij als enige verantwoordelijk voor de sociale hygiëne binnen je bedrijf.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quiz

Als leidinggevende ben je verantwoordelijk, maar dat betekent niet dat jij als enige verantwoordelijk bent. Iedereen binnen je bedrijf hoort zich te houden aan de regels, en is verantwoordelijk voor het uitvoeren van het beleid dat binnen het bedrijf geldt.
SOCIAAL GEDRAG

Slide 8 - Diapositive

Wat heeft sociaal gedrag te maken met sociale hygiëne.
Bij het woord ‘sociaal’ denk je misschien aan iemand die makkelijk kletst en veel mensen kent. Maar sociaal gedrag is meer dan alleen makkelijk kunnen omgaan met anderen. Het gaat er ook om dat je op de juiste manier met anderen omgaat.
Uit welke twee pijlers bestaat sociaal gedrag?
A
normen
B
ethiek
C
waarde
D
moraal

Slide 9 - Quiz

Normen zijn richtlijnen voor je gedrag in sociale situaties. Een waarde is iets dat je waardevol vindt om na te leven. Als je elkaar respecteert op basis van normen en waarden, dan noem je dat sociaal gedrag.
Wat zijn je verantwoordelijkheden als leidinggevende wat betreft het sociaal hygiënisch beleid?
A
Voorlichting geven aan medewerkers over beleid
B
Registratielijsten invullen
C
Gasten op de hoogte stellen van regels
D
Huisregels opstellen

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Gastgericht werken maakt onderdeel uit van sociale hygiëne.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

BELEID

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een beleid is de manier waarop je de doelstellingen van jouw bedrijf realiseert

Ook voor sociale hygiëne stel je een beleid op, dit noem je een sociaal-hygiënisch beleid

Slide 13 - Diapositive

Een beleid is de manier waarop je de doelstellingen van jouw bedrijf realiseert. Het is als het ware een afgesproken plan van aanpak. Ook voor sociale hygiëne stel je een beleid op. Dit noem je een sociaal-hygiënisch beleid. Hiermee kun je de gezondheid en veiligheid van gasten en medewerkers bewaken.

Voor de gast kun je vaak de regels terugvinden in het huisregels.
ONGEWENST GEDRAG

Slide 14 - Diapositive

Wat heeft sociaal gedrag te maken met sociale hygiëne.
Bij het woord ‘sociaal’ denk je misschien aan iemand die makkelijk kletst en veel mensen kent. Maar sociaal gedrag is meer dan alleen makkelijk kunnen omgaan met anderen. Het gaat er ook om dat je op de juiste manier met anderen omgaat.
Wat kunnen oorzaken zijn van ongewenst gedrag?

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe kun je ongewenst gedrag voorkomen?

Slide 16 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten risicogedrag
1) Tegenwerkend gedrag
2) Agressief gedrag
3) Gewelddadig gedrag
4) Crimineel gedrag
5) Problematisch groepsgedrag

Slide 17 - Diapositive

(1) werken klanten je tegen wanneer je hun regelovertreding corrigeert of sanctioneert door hun gedrag weg te wuiven of kritiek te geven op de regel of de handhaving.
(2) Agressief gedrag houdt in dat de klant jou uit te tent probeert te lokken door te treiteren of uit te schelden. Ook seksueel intimideren en instrumentele agressie vallen hieronder.
(3) Gewelddadig gedrag houdt in dat je met opzet iemand pijn doet of letsel toebrengt. Kan ook geuit worden in verbale of fysieke bedreigingen. 
(4) Crimineel gedrag zijn strafbare feiten zoals afpersing, bedrog en overvallen. Je schakelt altijd de politie in.
(5) Problematisch groepsgedrag ontstaat wanneer een groep zich wil onderscheiden van anderen, en dit laat zien door opvallend, provocerend of afwijkend gedrag.
Soorten Gedrag 
Tegenwerkend gedrag (A/B-gedrag)
Agressief gedrag (C-gedrag) 
Gewelddadig gedrag ( D-gedrag)

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat kunnen oorzaken zijn van risicogedrag?

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Oorzaken risicogedrag
1) Karakter
2) Opvoeding
3) Drugs
4) Alcohol
5) Frustratiefactor 

Slide 20 - Diapositive

1) Iemand is soms gewoon zo... snel agressief, of op zijn tenen getrapt. (heeft vaak wel onderliggend probleem)
2) slechte jeugd, (vb. mishandeld) of is nooit tegengesproken waardoor het sociale kader ontbreekt. zijn voorbeelden van hoe iemand groot geworden is. 
3) Het gebruik hiervan kan onvoorspelbaar zijn. iemand kan hierdoor risicogedrag vertonen.
4) teveel dranken veranderd het karakter van een persoon en verhoogd het risicogedrag.
5) Frustratietolerantie is de hoeveelheid frustratie die je kunt verdragen. Met een hoge frustratietolerantie maak je je niet snel druk bij frustraties.