Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Extra herhaling PTO2
Online lessen: regels
Je bent op tijd (later dan 5 minuten = absent).
Je hebt de camera de hele les aanstaan, anders sta je op 'absent' (deze regel is vastgelegd door de directie).
Je geluid is gedempt, tenzij de docent iets vraagt.
Vragen stel je in de chat.
Je doet actief mee met de les, logt in bij LessonUp en geeft antwoorden als dat gevraagd wordt.
1 / 34
suivant
Slide 1:
Diapositive
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Cette leçon contient
34 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Online lessen: regels
Je bent op tijd (later dan 5 minuten = absent).
Je hebt de camera de hele les aanstaan, anders sta je op 'absent' (deze regel is vastgelegd door de directie).
Je geluid is gedempt, tenzij de docent iets vraagt.
Vragen stel je in de chat.
Je doet actief mee met de les, logt in bij LessonUp en geeft antwoorden als dat gevraagd wordt.
Slide 1 - Diapositive
PTO2
Chapter 3
Grammar, Stones and vocabulary
Chapter 4
Grammar, Stones and vocabulary
Alles staat in je boek en ook in de studiewijzer van PTO2.
Slide 2 - Diapositive
extra herhalingsles
Today's mission:
some/any
articles
plurals
gebiedende wijs
Slide 3 - Diapositive
Some & any
Dus:
Some
gebruik je in positieve zinnen (er staat geen NIET in de zin)
Any
gebruik je bij vragende zinnen en bij negatieve zinnen (er staat wel een NIET in de zin)
MAAR als je iets aanbiedt, dan gebruik je wel
some
bij een vraag.
En als je het antwoord JA verwacht op je vraag, gebruik je ook
some
.
Slide 4 - Diapositive
Choose the correct alternative.
We have
some / any
tips for you.
A
some
B
any
Slide 5 - Quiz
Can I offer you
some / any
tea?
A
some
B
any
Slide 6 - Quiz
They didn't do
some / any
work today.
A
some
B
any
Slide 7 - Quiz
Would you like
some / any
more biscuits?
A
some
B
any
Slide 8 - Quiz
I need
some / any
new clothes.
A
some
B
any
Slide 9 - Quiz
We saw
some / any
rabbits in the field.
A
some
B
any
Slide 10 - Quiz
He bought her
some / any
flowers.
A
some
B
any
Slide 11 - Quiz
Kevin doesn't have
some / any
nice games.
A
some
B
any
Slide 12 - Quiz
Are there
some / any
pandas in this zoo?
A
some
B
any
Slide 13 - Quiz
Could we have
some / any
extra butter please?
A
some
B
any
Slide 14 - Quiz
Articles
In het Engels heb je de volgende lidwoorden:
the / a / an
1.
the
betekent
de/het
en kan altijd gebruikt worden.
2.
a
betekent
een
en wordt gebruikt bij woorden die met een
medeklinkerklank
beginnen.
3.
an
betekent
een
en wordt gebruikt bij woorden die met een
klinkerklank
beginnen.
Slide 15 - Diapositive
A
AN
cat
university
adventure
potato
injury
umbrella
hour
Slide 16 - Question de remorquage
A
AN
stage
pet
adventure
chore
hospital
area
example
Slide 17 - Question de remorquage
Plurals
Noun
Rule
Singular
Plural
Most nouns
add -s
umbrella
umbrella
s
ends in -s, -ch, -x, -z
add -es
wat
ch
watch
es
ends in -y
y - i + add -es
dictionar
y
dictionar
ies
ends in -o
add -es
hero
hero
es
In English, you don't use
's
to make plurals:
Hobb
y's
= Dutch Hobb
ies
= English
Slide 18 - Diapositive
Write down the plural noun: boy
Slide 19 - Question ouverte
Write down the plural noun: hero
Slide 20 - Question ouverte
Write down the plural noun: bush
Slide 21 - Question ouverte
Write down the plural noun: chicken
Slide 22 - Question ouverte
Write down the plural noun: bus
Slide 23 - Question ouverte
Write down the plural noun: fantasy
Slide 24 - Question ouverte
Write down the plural noun: bird
Slide 25 - Question ouverte
When do you use imperatives?
Slide 26 - Diapositive
Zeg dat iemand NIET mag rennen.
A
Don't run!
B
don't run!
C
Run!
Slide 27 - Quiz
Zeg dat iemand stil moet zijn.
A
Don't be quiet!
B
Be quiet!
C
Be quite!
Slide 28 - Quiz
Zeg dat iemand moet gaan zitten.
A
Sit down!
B
Stand up!
C
Sitting down you!
Slide 29 - Quiz
Zeg dat je NIET mag roken.
Slide 30 - Question ouverte
Zeg dat je linksaf moet.
Slide 31 - Question ouverte
Zeg dat je de brug over moet.
Slide 32 - Question ouverte
Zeg dat je NIET mag zwemmen.
Slide 33 - Question ouverte
Homework
Oefen de grammatica en woordjes met de opdrachten en Test Yourself in Stepping Stones online.
Slide 34 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Herhaling Grammar Jaar 1 ch.2
Janvier 2023
- Leçon avec
23 diapositives
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
M1 SS7 Chapter 3 H, I, Revision, SO
Novembre 2023
- Leçon avec
48 diapositives
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
K1 P2 W3 Lesson 3: Herhaling
Novembre 2021
- Leçon avec
29 diapositives
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
2V Wider World unit 4 quantifiers & irr. verbs 56-70
Juin 2022
- Leçon avec
16 diapositives
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Revision Ch 3 SS M1c
Janvier 2024
- Leçon avec
15 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
1VE Some/Any + Plurals
Juin 2022
- Leçon avec
25 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo t, havo, vwo
Leerjaar 1
Ch3 grammar
Janvier 2024
- Leçon avec
33 diapositives
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Revision Ch 3 SS M1c
Mars 2023
- Leçon avec
29 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1