Genetive 2A 2D

Bezit: 's / ' 
Als je wilt zeggen dat iemand iets bezit, of dat iets bij iemand hoort, gebruik je 's of

Het vriendje van mijn zus. = My sister's boyfriend.

De cadeautjes van Thijs. = Thijs's presents. 

De auto van je ouders. = Your parents' car. 


1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Bezit: 's / ' 
Als je wilt zeggen dat iemand iets bezit, of dat iets bij iemand hoort, gebruik je 's of

Het vriendje van mijn zus. = My sister's boyfriend.

De cadeautjes van Thijs. = Thijs's presents. 

De auto van je ouders. = Your parents' car. 


Slide 1 - Diapositive

Maar wanneer 's of ' ???
's zet je achter één persoon of dier in het ENKELVOUD, en ALTIJD achter namen. 

My friend's birthday = de verjaardag van mijn vriend(in) ( 1 persoon)

Charles's house = Het huis van Charles (naam)

The dog's toys = de speeltjes van de hond ( 1 dier)

Slide 2 - Diapositive

So... again.....
ALLE NAMEN KRIJGEN 's :) 
Alex's
Sandra's 
Lisa's    
Kees's      
Sophie's     
Lars's       
Rick's      

Slide 3 - Diapositive

En wat blijft er over voor ' ???
' zet je achter MEERVOUDEN die eindigen op een -s.

My brothers' room = de kamer van mijn broers

His parents' careers = de carrières van zijn ouders

one brotheR - two brotherS
one parent - two parentS

Slide 4 - Diapositive

Wat moet je dus onthouden/leren?
's is voor 1. namen 2. enkelvoud persoon of dier. 

' is voor 1. meervouden die eindigen op een S. 


LET'S PRACTISE! :)

Slide 5 - Diapositive

What is _____ favorite dish? (Kate)
A
Kate's
B
Kate'

Slide 6 - Quiz

_____ trick is to put flour on the countertop. (The chef)
A
The chef's
B
The chef'

Slide 7 - Quiz

____ tails are quite short. (the dogs)
A
The dogs's
B
The dogs'

Slide 8 - Quiz

____ favourite vegetable is garlic. (Mr Smith)
A
Mr Smith's
B
Mr Smith'

Slide 9 - Quiz

_____ kitchen is very big. (My friends)
A
My friends's
B
My friends'

Slide 10 - Quiz

These are _____ new shoes. (James)
A
James's
B
James'

Slide 11 - Quiz

_____ room is very big. (The girls)
A
The girls's
B
The girls'

Slide 12 - Quiz

_____ curry recipe is very spicy! (My aunt)
A
My aunt's
B
My aunt'

Slide 13 - Quiz

Recap! 


's is voor 1. namen 2. enkelvoud persoon of dier. 

' is voor 1. meervouden die eindigen op een S. 

Slide 14 - Diapositive

I think this grammar exercise is:
Easy
Little bit difficult
Difficult

Slide 15 - Sondage