grammatica

grammatica
¯\_(ツ)_/¯
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2ISK

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

grammatica
¯\_(ツ)_/¯

Slide 1 - Diapositive

Ik ben moe, omdat

Slide 2 - Question ouverte

Ik bel hem, omdat

Slide 3 - Question ouverte

Ik moet de politie bellen, omdat

Slide 4 - Question ouverte

Het is hier koud, omdat

Slide 5 - Question ouverte

Mijn zoon gaat vandaag niet naar school, omdat

Slide 6 - Question ouverte

Ik heb een bril nodig, omdat

Slide 7 - Question ouverte

Ik bel de garage, omdat

Slide 8 - Question ouverte

Ik maak een afspraak ...... de dokter, omdat.........

Slide 9 - Question ouverte

Het is december.
Sinterklaas komt ............ Nederland.

Slide 10 - Question ouverte

Het is 18 december en het is koud.
Ik kijk ............... buiten.
Ik zie sneeuw liggen.

Slide 11 - Question ouverte

De sneeuw ligt overal.
..........de tuinen en ............. de daken van de huizen.

Slide 12 - Question ouverte

Er rijden een paar auto’s langzaam ........ de straat.

Slide 13 - Question ouverte

Twee cursisten praten ......... elkaar ......... de vakantie.

Slide 14 - Question ouverte

Ik blijf in bed liggen, ..................... ik moe ben.

Slide 15 - Question ouverte

Ik blijf vanmiddag thuis, ....................... ik bezoek krijg van mijn vriend en
zijn kinderen.

Slide 16 - Question ouverte

Vroeger kochten de mensen alles in kleine winkels.
Nu ............ ze alles in de supermarkt.

Slide 17 - Question ouverte

Vroeger gingen veel mensen één keer per jaar op vakantie.
Nu ....... ze 2 keer per jaar.

Slide 18 - Question ouverte

Vroeger Vroeger
Vroeger................... mijn broer elke week wel een keer bij mij thuis.
Nu komt hij bijna nooit meer bij mij.

Slide 19 - Question ouverte

Gisteravond ging ik laat naar bed, ..........................ik had een
feest bij mijn vriend.

Slide 20 - Question ouverte

Ik moet boodschappen halen, omdat ……

Slide 21 - Question ouverte

Ik moet naar de slager, want ………..

Slide 22 - Question ouverte

Anita gaat met de bus, want ……………

Slide 23 - Question ouverte

Ik wil aardappels kopen, dus …………

Slide 24 - Question ouverte

Ik was te laat op mijn afspraak, omdat _________

Slide 25 - Question ouverte

Waarvoor gebruik je tandpasta?
Ik gebruik tandpasta om ................. te .............. .

Slide 26 - Question ouverte

Waarvoor gebruik je tandpasta?
...............

Slide 27 - Question ouverte

Waarvoor gebruik je een handdoek?
Ik gebruik een handdoek om.............af te ................

Slide 28 - Question ouverte

Waarvoor gebruik je een handdoek?
..............................................

Slide 29 - Question ouverte

Wat doe je als je opstaat?
Ik.......

Slide 30 - Question ouverte