clase 7 - P4 - miércoles 22 de mayo 2024

Clase 7 - P4 - miércoles 22 de mayo 2024
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Clase 7 - P4 - miércoles 22 de mayo 2024

Slide 1 - Diapositive

¿Qué hacemos hoy?
Leerdoelen:

1. Ik herhaal het werkwoord 'estar' & 'hay' (=er is / er zijn)
2. Ik leer plaatsbepalingen in het Spaans te gebruiken (waar bevindt zich/gebeurt iets?) - Oefening 7.06 afmaken
3. Ik weet hoe ik de weg aan iemand kan vragen/uitleggen




Slide 2 - Diapositive

Het werkwoord 'estar'
ZIJN:
- ergens zijn
- ergens liggen
- aangeven hoe je je voelt
- eigenschappen die kunnen veranderen

Slide 3 - Diapositive

Waar bevindt zich ... ?
¿Dónde está el hospital?
¿Hay una estación de tren por aquí?
¿Dónde está la biblioteca?
¿Hay un restaurante español cerca?
¿Dónde están tus padres?
¿Hay un cine en el centro?

Hay = er is / er zijn

Is er ...?/ Zijn er ...?

Slide 4 - Diapositive

Ejercicio 7.06 - blz. 131
  • We gaan gesprek 3 en 4 lezen/afmaken 
  • Schrijf de betekenis op van alle dikgedrukte woorden (plaatsbepalingen)
  • Omcirkel per gesprek drie woorden/zinsdelen die je (nog) niet kent - Gebruik de hulpwoorden hieronder!
seguir
tiene que
girar
tomar
no sé
volgen
u moet
afslaan
nemen
ik weet het niet

Slide 5 - Diapositive

Las respuestas - blz. 131/132
Conversación 3:
la calle = de straat                                       al lado de = naast
todo recto = rechtdoor                             enfrente = tegenover
ir a la derecha = rechts gaan
girar a la derecha = afslaan naar rechts
cruzar = oversteken
tomar = nemen

Slide 6 - Diapositive

Las respuestas - blz. 131/132
Conversación 4:
Lo siento = Het spijt me
No tengo ni idea = Ik heb geen idee
No soy de aquí = Ik ben niet van hier 

Slide 7 - Diapositive

De weg vragen/wijzen
¿Dónde está el cine?

Hay que        (men moet)
Tienes que   (je moet)
Tiene que     (u moet)

... tomar el autobús. 
... girar a al derecha.
... seguir todo recto.


...

Slide 8 - Diapositive

Tener que + ww.        iets moeten

Slide 9 - Diapositive

Wat betekenen deze ww??

Slide 10 - Diapositive

Vamos a leer: we gaan lezen blz. 134/135
We gaan de 1e kolom lezen van de tekst op blz. 134/135.
Kolom 2 en 3 níet

U moet  --> (usted) tiene que ...
Je moet --> tienes que ...

Slide 11 - Diapositive

Tussentijdse toets wo 29 mei
De tussentijdse toets van periode 4 wordt een: 

Leestoets in combinatie met grammatica (telt 1x mee)
Belangrijke thema's: overtreffende trap - kloktijden - 'estar' in combinatie met plaatsbepalingen 
(De link naar woordenlijsten in StudyGo + Samenvatting PPT is gedeeld in de Teamschat van de klas!)



Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive