Les 1

ZRGVEPL419AK
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 30 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

ZRGVEPL419AK

Slide 1 - Diapositive

Wie ben ik?
- Berber Weerstand
- Nederlands 
   Oriëntatie in de gezondheidszorg
   Omgangskunde
- coach 422AK, 421AK en 420AK
- berber.weerstand@vonknh.nl


Slide 2 - Diapositive

Wie zijn jullie?
3 steekwoorden die jou goed omschrijven!

Slide 3 - Diapositive

Nederlands
Regels:
- niet eten/drinken in de klas
- bij uitleg theorie: geen telefoons
- eigen verantwoording

Slide 4 - Diapositive

Examens 2F
- November: Lezen en luisteren
- Januari: schrijven
- April/mei: gesprekken en spreken

Slide 5 - Diapositive

Lezen en Luisteren 2F
- Centraal examen, locatie Sportlaan
- 90 minuten
- Dyslexie?? Aanvraag op tijd bij examencommissie indienen
- Voorwaarden herkansingen

Slide 6 - Diapositive

Schrijven 2F
- Computer
- 3 onderdelen, 60 minuten
- papier, pen en papieren woordenboek              toegestaan
- alleen herkansen bij onvoldoende

Slide 7 - Diapositive

Schrijven 2F- beoordeeld op:
- Samenhang
- Afstemming op doel en publiek
- Woordenschat en woordgebruik
- Spelling, interpunctie en grammatica
- Leesbaarheid

Slide 8 - Diapositive

Spreken 2F (presentatie geven)
- 4 tot 6 minuten (niet korter!!)
- Onderwerp 2 weken van te voren
- Gebruik powerpoint als hulpmiddel/leidraad

Slide 9 - Diapositive

Spreken 2F - beoordeeld op:
- Samenhang
- Afstemming op doel en op publiek 
- Woordenschat en woordgebruik
- Vloeiendheid, verstaanbaarheid en grammaticale beheersing.

Slide 10 - Diapositive

Gesprekken 2F (gesprek voeren)
- Circa 6 minuten
- Onderwerp 2 weken van te voren
- Met docent en tweede assessor
(of opname op laptop)

Slide 11 - Diapositive

Gesprekken 2F - beoordeeld op:
- Beurten nemen en bijdragen aan samenhang
- Afstemming op doel en op gesprekspartner
- Woordenschat en woordgebruik
- Vloeiendheid, verstaanbaarheid en grammaticale beheersing

Slide 12 - Diapositive

EXAMENS 
1. Lezen en luisteren (= 50% v/h cijfer)
2. Schrijven 
3. Spreken
4. Gesprekken (2,3,4 = 50% v/h cijfer)
(niveau 2: 1,0 extra punt)

Slide 13 - Diapositive

Planning/taaldossier
KIJK EVEN MEE!

Slide 14 - Diapositive

Vooruit werken?

Dat mag!
Maar... je moet online wel voldoendes halen!

Slide 15 - Diapositive

Lesdoelen

  • Ik weet hoe ik het beste een tekst kan lezen en welke ik stappen ik moet nemen.
  • Ik weet wat signaalwoorden zijn

Slide 16 - Diapositive

1. Teksten
  1. Tekst, context, opbouw, opmaak
  2. Leesstrategieën & leeshoudingen
  3. Tekstverbanden & signaalwoorden
  4. Tekstdoelen
  5. Kritisch lezen
  6. Woordbetekenis
  7. Samenvatten

Slide 17 - Diapositive

Opbouw


1. Inleiding : beschrijving, samenvatting, vragenreeks, situatie,                              aanleiding, voorbeeld, anekdote

2. Middenstuk: dieper in op het onderwerp

3. Slot: samenvatting, conclusie, oplossing, aansporing, 
               open eind

Slide 18 - Diapositive

Opmaak
  • Titel (kan misleidend zijn)
  • Ondertitel ( vult titel aan)
  • Tussenkopjes (laten zien wat onderwerp van tekst is)
  • Lead (vetgedrukt stukje)
  • Afbeeldingen/grafieken (staat belangrijke informatie in)
  • Bron ( zegt iets over de tekst)

Slide 19 - Diapositive

2. Leesstrategieën
  1. Voorkennis gebruiken
  2. Voorspellen
  3. Vragen stellen
  4. Visualiseren

Slide 20 - Diapositive

2. Leeshoudingen
  1. Globaal lezen:        scant de tekst/beeld van de tekst krijgen
  2. Intensief lezen:     tekst goed begrijpen
  3. Zoekend lezen:     bepaalde informatie zoeken
  4. Studerend lezen: inhoud van de tekst onthouden
  5. Kritisch lezen:       je mening over de tekst vormen

Slide 21 - Diapositive

Tekstverbanden:

  1. Opsomming  
  2. Toelichting 
  3. Tegenstelling 
  4. Reden 
  5. Oorzaak - gevolg 
Tekstverbanden:

6. Doel - middel
7. Voorbeeld
8. Voorwaarde
9. Vergelijking
10. Samenvatting / conclusie

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

4. Tekstdoelen
  • Informeren 
  • - nieuwsbericht
  • Mening geven
  • - een ingezonden brief
  • Overtuigen
  • - betoog of klachtenbrief

Slide 24 - Diapositive

4. Tekstdoelen
  • Activeren / overhalen 
  • -  advertentie politieke partij of telefoon
  • Amuseren 
  • - colums of stripverhalen
  • Gevoelens uitdrukken / oproepen 
  • - gedichten of songteksten
  • Instrueren
  • - recepten of gebruiksaanwijzingen

Slide 25 - Diapositive

5. Kritisch lezen
  • Kritische leeshouding aannemen
  • Objectiviteit
  • Subjectiviteit

Slide 26 - Diapositive

6. Woordbetekenis
  • Als je een woord niet kent, kun je op verschillende plaatsen informatie vinden over het woord:
  • In het woord zelf 
  • Context van het woord (omgeving van het woord)
  • Woordenboek


Slide 27 - Diapositive

6. Woordbetekenis
  • Het woord: herproduceren
'Her' ken je van herzien = opnieuw
Herproduceren is dus als je iets opnieuw produceert

  • Context
We moesten de fiets herproducerern, omdat het model al uitverkocht was voordat een nieuw model ontwikkeld was.

Slide 28 - Diapositive

7. Samenvatten
  • Hoofdzaken en bijzaken scheiden
  • Elke alinea heeft een kernzin (vaak de eerste of de laatste)
  • Hoofdonderwerp
  • Hoofdgedachte
  • Globale samenvatting : titel + kernzin elke alinea

Slide 29 - Diapositive

Volgende les
- boekje mee
- leestekst maken en bespreken

Slide 30 - Diapositive