Hst 5_les3_Levensloop_V4

Hst 5_les3_Levensloop_V4
5.4 Heffing op kapitaalinkomen
5.5 verdeling van het inkomen
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 17 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Hst 5_les3_Levensloop_V4
5.4 Heffing op kapitaalinkomen
5.5 verdeling van het inkomen

Slide 1 - Diapositive

Agenda les
  • leerdoelen par 5.4 en 5.5 
  • uitleg par 5.4 Heffing op kapitaalinkomen
  • Uitleg par 5.5 De verdeling van het vermogen
  • Opdrachten maken
  • Zelf aan de slag 
  • Huiswerk

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen par 5.4/5.5 
  • Je kunt de vermogensredementsheffing uitrekenen
  • Je kunt met behulp van een lorenzcurve en een Gini-coëfficiënt de mate van ongelijke verdeling van het vermogen concretiseren.

Slide 3 - Diapositive

5.4 Heffing op kapitaalinkomen
In hoofdstuk 3 hebben we gekeken naar belasting over je inkomen (box 1). 

Box 2: heffing op inkomen uit aanmerkelijk belang
  • belasting betalen over inkomen uit aandelen (=dividend)
  • je hebt een aanmerkelijk belang als je minimaal 5 % van de aandelen in  handen hebt
  • je betaalt nu over je inkomsten box 2: 26,9%

Slide 4 - Diapositive

Box 3
Box 3 : heffing op inkomen uit sparen en beleggen
  • wordt ook wel vermogensrendementsheffing genoemd
  • verschil tussen beleggen via spaarrekening (spaardeel) of beleggen via aandelen/obligaties/onroerend goed (beleggingsdeel)
  • fictief rendement (onderscheid tussen spaardeel en beleggingsdeel)

Slide 5 - Diapositive

Hoe wordt het fictief rendement berekend?
schijf
vermogen 1 jan.
spaardeel (rendement 0,1%)

beleggingsdeel
(rendement 5%)
gemiddeld fictief rendement
0
0 - 30.000
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
1
30.001 - 100.000
67%
33%
0,67 x 0,1% + 0,33 x 5% = 1,717%
2
100.000 - 1.000.000
21%
79%
0,21 x 0,1% + 0,79 x 5% = 3,971%
3
 meer dan 1.000.000 
0%
100%
5%
Het tarief in box 3 is 30%, dus je betaalt 30% van het totale fictieve rendement in de vermogensschijf 1, 2 en 3.

Slide 6 - Diapositive

5.5 De verdeling van het vermogen

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Weet je nog?
Om te kijken hoe de inkomens of vermogens in een land verdeeld zijn kun je gebruik maken van de Lorenzcurve of de Gini Coëfficient.
Wat was de Gini Coëfficient ook alweer?

Slide 9 - Diapositive

Een daling van de gini-coëfficiënt geeft dus aan dat er sprake is van nivellering.

Slide 10 - Diapositive

Gini Coëfficient
Formule: A/(A+B)
  • Oppervlakte A is de oppervlakte tussen de diagonaal en Lorenzcurve. 
  • Hoe groter deze oppervlakte, hoe schever de inkomens verdeeld zijn en hoe groter de uitkomst van de gini coëfficient is. 
  • De uitkomst ligt altijd tussen 0 en 1. 
  • Hoe dichter bij 1 hoe schever de inkomens verdeeld zijn.

Slide 11 - Diapositive

Maak opdracht 5.14
  • Hoe: zelfstandig. 
  • Tijd 10 minuten
  • Klaar: ga verder met opdracht 5.15
  • Gaan klassikaal kort bespreken
timer
10:00

Slide 12 - Diapositive

Uitwerking opdracht 5.14

Slide 13 - Diapositive

Maak opdracht 5.15
  • Hoe: zelfstandig. 
  • Tijd 15 minuten
  • Klaar: ga verder met opdracht 5.16
  • Gaan klassikaal kort bespreken
timer
15:00

Slide 14 - Diapositive

Uitwerking opdracht 5.15

Slide 15 - Diapositive

Zelf aan de slag
  • Maak opdrachten 5.16 t/m  5.19
  • Hoe: individueel en fluisterend overleg tweetal naast elkaar mogelijk

Slide 16 - Diapositive

Huiswerk
  • Lees paragraaf 5.4 en 5.5 en arceer de belangrijkste begrippen.
  • Maak opdrachten 5.14 t/m 5.19

Slide 17 - Diapositive